Artikel toegevoegd aan uw winkelkar
De bril van Beer is het nieuwste vrolijke prentenboek van Leo Timmers! Beer is zijn bril kwijt en zonder bril ziet hij niet zo goed. Daarom gaat hij op zoek. Het wordt een zoektocht boordevol grappige vergissingen, waar kinderen hartelijk om kunnen lachen! De spanningsboog tussen wat je als lezer al wél weet, maar wat beer zelf niet (meer) weet, wordt heerlijk opgebouwd. Vooraan in het boek kleeft een rood papieren brilletje. Dit leuke extraatje maakt het lezen van of kijken naar dit boekje nog prettiger voor kinderen en nodigt uit om ook eens anders naar de realiteit te kijken.
2+
Door Liesbeth Devriendt sinds 23 dagen
Wie dit boek opent, treedt binnen in een spannende wedstrijd. 'Welkom bij de fantastische vliegwedstrijd voor vogels!' Negen vogelteams staan in de startblokken. Ze vliegen niet zelf hoor, ze nemen deel aan de wedstrijd met bijzondere vliegconstructies (van een luchtballon, over een zeppelin, tot zelfgebouwde vliegtuigen). Maar waar is het tiende team (team uil) gebleven? Intussen zit het publiek vol spanning klaar, is de jury in gereedheid en wordt het startsein gegeven! Maar... er wordt gesaboteerd! Wie bereikt als eerste de finish?? De tekst leest als een spannende sportcommentaar en wat er gebeurt in de wedstrijd ontdek je zelf op de wervelende prenten. Een geweldig voorlees- en kijkboek boordevol avontuur en humor!
Door Liesbeth Devriendt sinds 23 dagen
Eén enkele seconde, dat is niet veel. Maar in dit groots prentenboek gebeurt er enorm veel op één enkele seconde! De tekst in het bijgesloten boekje beschrijft wat konijn Jacominus Gainsborough en 99 andere personages op die ene seconde meemaken. Deze leporello van wel 2 meter (!) lang is een buitengewoon kijk-, zoek-, vertel-, ontdek- en voorleesboek!
7+
Door Liesbeth Devriendt sinds 23 dagen
Leesje & Wurm is een omkeerboek: aan de ene kant heb je het verhaal van Leesje, het leesbeest, Aan de andere kant begint het verhaal bij Wurm, de boekenwurm. In het midden ontmoeten ze elkaar. Natuurlijk… want verhalen verbinden. Twee paginagrote prenten staan vol boekenhelden: Jip en Janneke, de GVR… Heel fijn om ze samen te zoeken. Dit boek over verdwalen in verhalen zit vol knipoogjes voor meer ervaren lezers.
4+
Door Liesbeth Devriendt sinds 23 dagen
Zeer knap geïllustreerd voorleesverhaal over eend Erik, die een groot 'monsterlijk avontuur' beleeft in de onderwaterwereld. Een boek boordevol humor: grinnikjes en lachjes gegarandeerd. In het midden pronkt een uitklappagina van bijna 1 meter lang. Door de gelaagdheid is het boek ook fijn als voorleesverhaal voor grotere kinderen!
3+
Door Liesbeth Devriendt sinds 23 dagen
Het woord is aan de dieren in dit indrukwekkende boek. Zij vertellen de geschiedenis van de mens vanuit hun perspectief. Deze originele insteek leidt tot heel verrassende (voorlees)verhalen. Zo bekvechten een middeleeuwse luis en rat wie van hen nu de pest veroorzaakte en vertelt Moortje, de kat van Anne Frank haar verhaal. Na elk verhaal volgt een informatief stuk en licht Akveld toe welke rol het dier kreeg (het dier als voedsel, als oorlogstuig, als wereldster, als familielid...).
Dit bijzondere boek staat vol rijke teksten die een heel mooie aanvulling zijn bij de geschiedenislessen op school. Of om maatschappelijke thema's (klimaatopwarming, biodiversiteit, oorlog, epidemies...) bespreekbaar te maken.
Djenné Fila maakte een waar kunstwerk van de illustraties. Haar werk werd bekroond met Het Gouden Penseel! Hoewel je je als mens heel 'klein' voelt tijdens het lezen en hoewel het woord 'klein' in de titel ook anders doet vermoeden, is dit een heel GROOT boek dat in menig boekenkast niet zal passen. Maar geen nood, de illustraties zijn zo prachtig dat een pronkplekje bovenop de kast een prima alternatief is!
10+
Door Liesbeth Devriendt sinds 23 dagen
‘Het geluk van schildpad’ is een poëtisch pareltje. Zeven verhalen over eenvoudige, alledaagse thema's (haast, feestje, mooi...) om na het voorlezen over te filosoferen. Verwondering en zingeving staan centraal. 'Het geluk van schildpad' is als een heerlijk warm dekentje!
Door Liesbeth Devriendt sinds 23 dagen
Nieuwe feiten vragen om nieuwe terminologie en dat maakt het noch voor de auteur, noch voor de lezer eenvoudig. Bij aanvang was het ons ook niet helemaal duidelijk waar Naomi Klein met Dubbelganger naartoe wilde. Wilde ze haar persoonlijke frustratie en fascinatie omtrent het feit dat mensen haar dikwijls met Naomi Wolf verwisselden van zich afschrijven?
Nee, blijkt gaandeweg. De persoonsverwisseling waarmee ze regelmatig geconfronteerd wordt en die haar niet loslaat, gebruikt Naomi Klein om een blik te werpen op wat ze de Spiegelwereld gaat noemen: de rechtse QAnon en aanverwanten die gretig complottheorieën spuien en - in eerste instantie merkwaardig genoeg - tijdens de COVID-19 periode ook door linkse gezondheidsgoeroe's, yogamoeders en het fitsnessfreaks in de armen worden gesloten. Haar dubbelganger Naomi Wolf - een vermaard feministe uit de jaren '90 - maakt de bocht ook gretig.
Vanuit haar confrontatie met die dubbelgangster, probeert Klein te analyseren waar die spiegelwereld vandaan komt en hoe het komt dat heel wat mensen er zo gemakkelijk in afdwalen. Ze kijkt kritisch naar rechts, links én zichzelf en probeert de risico's van die spiegelwereld voor de toekomst in te schatten.
Die spiegelwereld blijkt alomtegenwoordig in onze samenleving: het is een manier om onze blik af te wenden van ongelijkheid, racisme en het koloniale verleden waarop het Westen zijn rijkdom heeft gebouwd. Die spiegelwereld in stand houden lijkt noodzakelijk om de confrontatie met het verleden uit de weg te gaan, de klimaatcrisis te ontkennen en is voor opportunistische en demagogische politici de manier om frustratie van hun kiespubliek te kanaliseren zonder dat ze de oorzaken van die frustraties moeten aanpakken.
Noami Klein schrijft helder, toegankelijk en vlot en past haar theorie toe op verschillende delen van onze samenleving of conflicten uit onze geschiedenis. Dat de holocaust niet uit het niets kwam, hoe het conflict tussen Israël en Palestina het prototype is van een spiegelwereld die noodzakelijk is om van de slachtoffers beulen te maken, en waarom mensen niet altijd het één of het ander zijn, maar dikwijls beide tegelijk.
Zo vat ze in een pittig slotstuk samen waar de mogelijke oplossingen liggen en hoe we die kunnen omarmen en stimuleren. Straf leesvoer. Noodzakelijk en brandend actueel.
Door Gert De Bie sinds 23 dagen
Een voorwoord van Valeria Luiselli was voldoende om dit kleinood op onze radar te laten verschijnen en het bovenaan onze leesstapel te leggen.
Luiselli zelf kreeg het boek toen ze 10 was cadeau van haar zus en gaat 30 jaar later in het voorwoord van de Nederlandstalige editie met haar zus in gesprek over hun leeservaring van deze Mexicaanse klassieker; en of het toeval is dat haar zus Mariana heet, zoals één van de hoofdpersonages.
In Gevechten in de woestijn vertelt de jonge Carlos over kind zijn in Mexico-Stad: zoals dat op die leeftijd gaat, zijn de centrale belevingen van de jonge snaken onderling vele malen grootser en relevanter dan die van de veranderende wereld om hen heen, iets wat José Emilio Pacheco feilloos treft in schone zinnen.
Beschreven door de frisse blik van een kind, met hier en daar een spaarzame metafoor of spitse opmerking, krijgen we een beeld van de politieke, economische en sociale werkelijkheid in een snel moderniserend Mexico. Die context hangt bijna achteloos rondom de dag dat Carlos de moeder van zijn vriend Jim ontmoet en smoorverliefd op haar wordt. De ontmoeting van Carlos met Mariana tekent zijn leven; wat volgt is schoon, tragisch en gekapseld in de warme cocon van jeugdherinneringen en voor altijd vervlogen kansen en tijden.
Gevechten in de woestijn heeft een herkenbare, weemoedige sfeer, is - ondanks het beperkt aantal bladzijden - erg compleet en rijk, leest heerlijk weg en straalt een schoonheid uit die de tragiek in een warme gloed omzwachteld en verzacht. Geen wonder dat het een klassieker is.
Door Gert De Bie sinds 1 maanden
Nathalie Sarraute was haar tijd ver voorruit. Begin jaren '30 schreef ze haar Tropismes, die uiteindelijk pas in 1957 hun weg naar het grotere publiek vonden (na een amper opgemerkte publicatie eind jaren '30) en toen - in eerste instantie minachtend en smalend - bij de 'nouveau roman', gerekend werden; een strekking waarbij het niet altijd meer rechttoe-rechtaan om plotlijnen of uitgewerkte personages ging en waar de literaire wereld niet meteen een weg mee wist.
In Tropismen krijg je als lezer 24 stukjes voorgeschoteld die literair prikkelen en waarmee de auteur "innerlijke roerselen" probeert vast te leggen "die snel naar de grenzen van ons bewustzijn glijden".
Het resultaat is een smakelijk lappendeken aan teksten die de ene keer vanuit het niets de essentie van het leven lijken te willen vatten, de andere keer de kern van literatuur proberen te grijpen of soms gewoon stilistische, net niet grijpbare pareltjes zijn. Hier en daar proef je toch een welhaast afgewerkt kortverhaaltje.
Speels, verrassend en op een vreemde manier zelfs coherent. Mooi.
Door Gert De Bie sinds 1 maanden en 9 dagen
Wanneer een nieuw boek van Anna Woltz verschijnt, verlang ik naar lange leesavonden met een kaarsje, een theetje en een dekentje. Van het lezen van ‘De spin en de sleutel’ heb ik weer enorm genoten (ja hoor, met kaars, thee, deken). Wat een boek!
Zowel de beschrijving op de achterflap als de titel zijn vaag. Ze geven weinig vrij over de inhoud van het verhaal. Je begint ‘De spin en de sleutel’ dan ook met heel wat vraagtekens te lezen. Al snel blijkt dat het befaamde Woltz-recept - twee jongeren elk met hun eigen verhaal ontmoeten elkaar en belanden in een spannend avontuur - nog steeds wonderwel werkt. Het wisselende vertelperspectief is ook nu een verrijkend ingrediënt. Het ene hoofdstuk lees je het verhaal van Elena, het andere het verhaal van Atlas. Hierdoor zit je op hun huid en voel je met hen mee.
Opnieuw slaagt Woltz erin om verrassende, actuele thema’s (online bedreigingen, long covid…), uitgebalanceerde personages (een influencer, een prepper…), spannende verwikkelingen en levendige dialogen te verweven tot een knap verhaal. Met daartussen heel wat emoties en gevoelens (verdriet, angst, liefde…) die tijd en verhaal overstijgen.
Dat veel jongeren (en ouderen) een schitterende leeservaring met de boeken van Anna Woltz mogen beleven, in het bijzonder met ‘De spin en de sleutel’, haar meest prangende en actuele boek.
Door Liesbeth Devriendt sinds 1 maanden en 18 dagen
Wat een verhaal, wat een boek! Verschenen in 2015, overladen met prijzen en knappe recensies en al duizenden lezersharten veroverd. Waaronder ook het mijne!
Jude en haar tweelingbroer Noah zijn op hun dertiende onafscheidelijk, ondanks hun uiteenlopende karakters. Daar komt verandering in wanneer hun moeder overlijdt. Drie jaar later spreken ze elkaar amper nog. Tot Jude een eigenwijze Engelse jongen ontmoet die het leven van Jude en Noah opnieuw omgooit.
De beeldende schrijfstijl van Nelson is doorspekt met poëzie. Haar vermogen om emoties rauw, puur en krachtig over te brengen, maken van het boek een emotionele rollercoaster. De personages voelen heel echt aan. De manier waarop kunst in het verhaal wordt gebruikt als metafoor voor menselijke ervaringen is prachtig.
Uniek aan dit boek is het verhaal dat verteld wordt vanuit twee verschillende tijdslijnen én twee verschillende vertelperspectieven. Je leest mee met Noah wanneer hij 13 is en met Jude wanneer zij 16 is. Door die unieke diepgang en spanning maak je het opgroeien van Noah en Jude vanop de eerste lijn mee. Je weet het begin, je weet het einde en je wordt meegezogen in wat daartussen gebeurde. En op het einde vallen alle puzzelstukjes in elkaar. Jandy Nelson weet die technisch vernuftige verhaalopbouw tot het einde perfect te volbrengen.
Hartverscheurend en pakkend. Als dit ‘the masked reader’ was, zou ik mijn stoel voor ‘Ik geef je de zon’ ongetwijfeld omdraaien!
Door Liesbeth Devriendt sinds 1 maanden en 22 dagen
‘Liefde en verhalen kunnen de wereld veranderen.’
Ik geef u bij deze graag de laatste zin van ‘Het boek van Beatrice’ kado. Geen clou verklapt, wel de kern van dit wondermooie boek over oorlog, vriendschap en over lezen en mogen lezen.
Een boek waarin een koppige geit als één van de hoofdpersonages opdraaft en waarin zowel een verhaal over een oorloglustige koning als over zeepaardjes en zeemeerminnen verteld wordt. Ongeloofwaardig, denkt u? Wel, Kate DiCamillo kan dat! Wat een verteltalent bezit zij toch. Met verhaallijnen die naadloos in elkaar overlopen en die luchtigheid brengen, met zintuiglijke en frisse taal, met spannende passages en met heel wat humor zuigt ze je op in het verhaal.
De middeleeuwse verluchte beginletters en zwart-wit illustraties maken van deze ode aan de kracht van verhalen een uniek geheel.
10+Door Liesbeth Devriendt sinds 1 maanden en 22 dagen
Wat een smakelijk, vlot geschreven en heerlijk boekje! Indrukwekkend dat ze bij Uitgeverij Oevers de vinger aan de historische pols hebben om van die oudere pareltjes in vertaling heruit te geven zodat een nieuw publiek kan ontdekken dat ze noch aan leesbaarheid, noch aan relevantie hebben ingeboet.
John Seymour was een rondreizend auteur tot hij midden jaren vijftig met Sally Medworth, een kunstenares en pottenbakster, huwde en het gezin zich vestigde op 'The Broom', een gehuurde cottage in Suffolk met 2 hectare grond. Omdat ze 1,5km van de dichtste buur wonen en 2km moeten stappen om brood of melk te kopen, beginnen ze steeds meer zelf te telen en te kweken, wat enkele jaren later leidt tot een zelfvoorzienend leven. De gulheid van het land is het relaas van 18 jaren leven en werken op de boerderij: van keuzes maken, bijsturen en heroverwegen. 18 jaar van met een open blik en niet dogmatisch zelfvoorzienend leven.
Seymour heeft een sterke pen en vertelt met enthousiasme over hoe ze de wildernis die ze betrekken stap voor stap omtoveren tot vruchtbare grond, hoe ze beesten kopen en weer verkopen, welke gewassen ze waarom telen, hoe ze vrienden aan het werk zetten als ze komen logeren en hoe ze er in slagen om met jonge kinderen, het pottenbakken van zijn vrouw en zijn pen een leven uit te bouwen waarin het zelfvoorzienend leven centraal staat en de boerderij voldoende oplevert voor zijn gezin.
Naar het eind toe volgens bespiegelingen over hoe en waarom je zou kiezen voor een zelfvoorzienend leven en wat daar de voor- of nadelen van zijn en laat Seymour zich uit over de visie van politiek op het boerenbedrijf en van economie op de samenleving, hoofdstukken die 60 jaar na publicatie nog even relevant zijn en gisteren zouden geschreven kunnen zijn.
Ontspannend, leerzaam én relevant. Wat kan je meer van een boek wensen?
Door Gert De Bie sinds 1 maanden en 23 dagen
Mickey 7 is vlot geschreven, heeft een leuk uitgangspunt en leest aan een heerlijk tempo. Helemaal bij de keel grijpen doet het boek echter niet: daarvoor is de verhaallijn iets te dun, zijn niet alle personages even sterk uitgewerkt en voelt de plot niet helemaal solide aan.
Dat het boek succesvol is - en wie weet binnen enige tijd in de bioscoop opduikt - mag echter ook niet verbazen: het is toegankelijk en heeft alles wat je van een verhaal voor een breed publiek mag verwachten: romantiek, spanning, humor en een vleugje bevreemding.
Mickey 7 is de zevende versie van zichzelf: een man die als 'vervangbare' met een kolonisatie ruimteschip op weg is naar de verre planeet Niflheim. Hij moet de meest risicovolle opdrachten doen, want als hij doodgaat, wordt zijn lichaam gewoon opnieuw gereproduceerd en zijn herinneringen weer gedownload. Of dat wel goed blijft gaan en wat Mickey's rol zal zijn in het kolonisatieproces op de verre planeet, vormen de kern van het verhaal.
We lazen met plezier, maar verder dan entertainment leek het boek nergens te geraken, ondanks het fascinerende uitgangspunt met veel potentieel: wat betekent het om dood geweest te zijn en opnieuw te leven? (Een idee dat Algis Budrys in Rogue Moon ook al gebruikte, weliswaar op een heel andere manier).
Een snelle hap tussendoor, ontspannen, redelijk fris en vlot lezend? Prima leesvoer dan!
Door Gert De Bie sinds 1 maanden en 27 dagen
5 sterren omwille van de unieke, toegankelijke en overzichtelijke verzameling belpopfeiten die Jan Delvaux te boek stelde.
We proefden als lezer 4 maanden lang bijna dagelijks van de 500 weetjes, anekdotes en verrassende feiten uit de Belpopgeschiedenis die Delvaux verzamelde gedurende zijn jarenlange tocht langs cultuurcentra met Belpop Bonanza en tijdens zijn wekelijkse radiopraatjes.
Voor muziekliefhebbers is dit boek smullen van a tot z: wie speelde mee op welke plaat en waar haalde die de mosterd? Welke plekken hadden bijzondere impact, wie beïnvloedde wie en waar is die muzikant intussen verzeild? Waarom kreeg die plaat een bijzondere plek in de geschiedenis, waar komt de klankkleur van die artiest vandaan?
Bijna 500 bladzijden lang neemt Delvaux je mee naar alle hoeken en kanten van de Belgische muziekgeschiedenis. In boekvorm spat Delvaux' enthousiasme niet van elke tekst, daarvoor moet je hem live aan het werk horen, en niet alle verbanden komen goed uit de verf, maar een heerlijk en smakelijk boek is dit absoluut!
Door Gert De Bie sinds 1 maanden en 28 dagen
Zelfs in een klaagzang en een compleet overbodige verantwoording van een episode uit zijn leven heeft Michel Houellebecq een goeie pen heeft en schrijft hij boeiend.
In 'Een paar maanden uit mijn leven' beschrijft Houellebecq hoe hij (weer eens) aangeklaagd wordt vanuit Islamitische hoek omwille van racistische uitspraken in een interview en besteedt hij nog meer aandacht aan hoe hij - naar eigen zeggen - er in geluisd werd door het Nederlandse kunstcollectief (?) Kirac. Die laatsten maakten een pornofilm met hem en zouden de beelden verspreiden.
We vinden het gek dat Houellebecq, die er toch om bekend staat de controverse niet te schuwen, plots de behoefte voelt zich te verantwoorden en te verdedigen en daarover een boek publiceert. Eentje waarin hij zich bovendien helemaal als slachtoffer afschildert.
Een recht van antwoord in een krant, een rechtszaak en of een column: dat moet Houellebecq vooral doen en ik gun hem daarin een rechtvaardige afloop, wat die ook moge zijn.
Maar dat dit een boek werd, waardoor ik me als oeuvre-lezer aangesproken voel: nee, daar had de uitgever even het been stijf moeten houden. Daaraan hadden en hebben we geen enkele behoefte. Jammer.
Door Gert De Bie sinds 1 maanden en 28 dagen
Het graf van de wever is een bedrieglijk eenvoudige vertelling over spijkerslager Meehaul Lynskey en steenbikker Cahir Bowes die op Cloon na Marov - de eeuwenoude begraafplaats van het dorp - op zoek gaan naar het graf van de weversclan, want daar moet de net overleden wever Mortemir Hehir begraven worden.
In het gezelschap van zijn weduwe en twee grafdelvers struinen de mannen over de begraafplaats, maar in plaats van het graf te vinden, lijkt het ophalen van herinneringen aan de vele doden, bekvechten en elkaar de loef afsteken belangrijker.
Seaumas O'Kelly brengt in deze korte novelle het dorpsleven en de sfeer van het Ierse platteland helemaal tot leven. We zien de begraafplaats zo voor ogen, proeven de groene, mistige heuvels op onze tong en kunnen ons de rivaliteit tussen de dorpsouden helemaal voorstellen.
In weinig bladzijden, maar met veel gevoel en heel erg sfeervol, brengt O'Kelly het verhaal ook nog naar een mooie, contrasterende plot. Heerlijk staaltje literatuur, dit!
Door Gert De Bie sinds 1 maanden en 28 dagen
Tien spreekwoorden net dat beetje anders. Dat is wat het boek belooft. Heidi Japers verzon tien verrassende verhalen bij tien spreekwoorden. Op een toegankelijke manier speelt ze met het verschil tussen figuurlijk en letterlijk taalgebruik. Denk maar aan prinses Pruilemond die échte lange konijnentanden krijgt omdat ze knoeit met haar eten of Joop die letterlijk tegen de lamp loopt wanneer hij ‘s nachts stiekem chocolade eet in de keuken.
De verhalen zijn in rijmvorm geschreven. Door die cadans lezen ze heel vlot en speels en zijn het echte voorleesverhalen geworden. Het doet wat denken aan de Gruwelijke Rijmen van Roald Dahl.
Het boek werd zeer zorgvuldig vormgegeven. Een blauw leeslintje helpt de voorlezer om snel te weten bij welk verhaal hij gebleven is. Rondom de tekst werd een kader gedrukt met in de hoeken een kleine miniatuur. Let daarbij ook op de details. Bij elk verhaal zit er een ander tekeningetje in de miniaturen. De kleurrijke paginagrote illustraties van Henk van der Gugten maken er bijna sprookjes van. Door de illustraties wordt het boek ook toegankelijk voor jongere kinderen.
Op de achterflap staat: “Heidi Jaspers gaat op zoek naar de oorsprong van tien spreekwoorden.” Dat klopt mijns inziens niet. Ze bedacht grappige verhalen bij de spreekwoorden die - door het spreekwoord letterlijk te benaderen - ook de figuurlijke betekenis duidelijk maken. Maar bij de geschiedkundige herkomst van de spreekwoorden wordt in dit boek niet stilgestaan. Hoeft ook niet. De tien verhalen bieden voldoende mogelijkheden om op een speelse en laagdrempelige manier met kinderen stil te staan bij de pracht van figuurlijk taalgebruik en van spreekwoorden in het bijzonder.
Vanaf 5 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 2 maanden en 5 dagen
Vraag je je af hoe je in godsnaam een bundel met bananengedichten kan vullen? En wat voor zinnigs er over bananen te vertellen valt? Wel, Erik van Os kan dat! Na ‘Haren vol banaan’ verscheen in 2022 een nieuw bananenboekje van zijn hand, met vrolijke, kleurrijke illustraties van Jan Jutte.
Hij schreef versjes vol herkenbaarheid: over de maan in de vorm van een banaan, over bananen die niet goed opengaan (graag bananen met rits, klittenband of knopen in de toekomst), over bananen die geopereerd moeten worden om een bruin vlekje weg te laten halen, over bruingebakken bananen na een dagje op het strand, over bananen die bananendrankjes drinken (zijn dat dat kannibalen?), over bananen die krom liggen van het lachen… En uiteraard ook over apen, ah, ja!
Van deze 21 kromme, vrolijke en ondeugende versjes, boordevol fantasie en bananenspielerei, zullen kleuters en oudere kinderen smullen!
Vanaf 4 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 2 maanden en 5 dagen
Alleen al voor het prachtige voorwoord van Edward van de Vendel is ‘Nog lang geen later’ een must-read.
‘Hoe woorden naar warm hout kunnen ruiken’, zo vat van de Vendel in enkele zinnen de schoonheid van poëzie en in het bijzonder de pracht van deze bundel samen.
Nog lang geen later… Spiering richt zich op opgroeiende jeugd, op de wipplank tussen nu en later, tussen jong en iets minder jong. Angsten, verlangens, overpeinzingen recht uit de belevingswereld van jongeren, vat hij in poëtische taal. De samenhang tussen de gedichten is weloverwogen en bouwt mooi op.
Het zijn gedichten om in te verdwalen, vol treffende beeldspraak en deinend ritme.
‘Er loopt een kloof door mijn hoofd. Tussen waar ik ben en wil zijn. Tussen daar en hier, nu en ooit.’ (Kloof)
‘Tijd. Warme stroop graag tijd waarin ik, niet langer bang, eindelijk weer langzaam kan denken.’ (Allesreiniger)
Ook actuele thema’s komen voorbij; het klimaat (in ‘Greta T. en ik’ en in ‘Troostwoord’), vluchtelingen (in ‘Vanavond zie ik hen’), lockdowns (in ‘Lockdown’)... Gedichten die meer dan ooit een plek in het onderwijs (en in je boekenkast) verdienen.
Zoek je nog andere redenen om je te laten verwarmen door ‘Nog lang geen later’? Denk dan aan de wonderlijke illustraties van Jeska Verstegen. Dromerig, surrealistisch, vaak donker, met veel zwart en grijs. Maar steeds een perfecte aanvulling bij de gedichten; zoals het wolkje melk in je koffie.
Door Liesbeth Devriendt sinds 2 maanden en 5 dagen
Dat een rustig leven, een boek vol kleine en grote menselijke tragiek, dikwijls in de eerste plaats een grappig boek genoemd wordt, vinden we fascinerend. Waarom dat net het eerste is wat er over dit fijne boekje gezegd wordt, zou ons echter nopen tot het schrijven van een filosofisch traktaat over humor en wat mensen grappig vinden, waarmee we ons niet gaan bezig houden.
Het valt echter niet te ontkennen dat de toon en het ritme van Een rustig leven zijn komische kanten heeft en het boek compulsief leesbaar maken.
Alan en Madge, broer en zus, groeien op in de nasleep van de Tweede Wereldoorlog in een huishouden dat het moeilijk heeft: zowel op financieel als op amoureus vlak hebben hun ouders betere tijden gekend. De zeventien jarige Alan wil grip op de zaken, eist verantwoordelijkheid van iedereen en zoekt antwoorden op vragen waarvan hij niet eens wist dat ze er waren. Dat maakt hem stug en stuurs in de omgang. Zijn jongere zuster Madge daarentegen, fladdert door het leven en vult die verantwoordelijkheden en keuzes op een heel andere manier in.
Beryl Bainbridge schetst met een vlotte, snelle en rake pen een eenvoudig en pretentieloos gezinstafereel met zijn kleine en grote drama's, scènes vol onvermogen om contact te maken of begrip te vinden, maar toch ook met sporen van liefde en genegenheid.
Een rustig leven lijkt in zijn ritme soms het literaire equivalent van de deurenkomedie van de plaatselijke toneelkring en treft als geen ander het dagelijks reilen en zeilen in een familie waar iedereen net niet zijn weg lijkt te vinden. Prima leesvoer!
Door Gert De Bie sinds 2 maanden en 5 dagen
Heerlijk.
Erik Vlaminck ontgoocheld nooit.
In zijn gekende, sappige taal verhaalt hij in deze theatertekst - die leest als een novelle - het verdere wedervaren van Arthur Van Hooylandt, één van de hoofdpersonages in Suikerspin en een boertige, onbehouwen bullebak.
15 jaar na Suikerspin baadt Van Hooylandt een schietkraam uit, geeft hij nog steeds af op alles en iedereen, maar komt hij plots op een keerpunt te staan.
Tir Arthur is een humoristisch, speels en goed opgebouwd tussendoortje en na Miranda van frituur Miranda een tweede, smaakvolle Suikerspin-spinoff.
Door Gert De Bie sinds 2 maanden en 12 dagen
In De Maniac doet Benjaming Labatut van alles tegelijk: hij schetst de wetenschappelijke stappen die uiteindelijk tot de uitvinding van de Artificiële Intelligentie leidden via een korte inleiding tot Paul Ehrenfest, een uitgebreid portret van John von Neumann en een slothoofdstuk met Demis Hassabis als centraal figuur.
Daarnaast geeft hij in de portretten van die sleutelwetenschappers een beeld van bezetenheid, gedrevenheid en (vooral bij von Neumann) onachtzaamheid. Hij bouwt de drie centrale figuren op uit historische feiten en getuigenissen van collega wetenschappers, vrienden en familie en toont zo de genialiteit van hun denken en hun blinde passie voor wetenschap en vooruitgang, dikwijls in conflict met hun wereldse mogelijkheden en hun sociaal onvermogen.
Dat alles doet Labatut in de vorm van wat een roman zou kunnen zijn, maar daar liep ik als lezer helemaal verloren in: geen enkel van de personages kwam echt tot leven en de logica van de opbouw kwam de leeservaring niet echt ten goede.
Qua inhoud heb ik geen enkele klacht over het boek: niet alleen is het een uitermate fascinerende wetenschappelijke geschiedenis die Labatut uit de doeken doet, hij voegt er ook een beklemmende en wat dreigende ondertoon aan toe die wel past bij de wat griezelige bezetenheid van de unieke wetenschappers.
Maar als lezer bleef ik op mijn honger zitten: ik liep wat verloren in alles wat Labatut tegelijk wilde doen: waar ik meer over de feiten wilde weten, ging de focus naar de personages, waar ik net meer over de personages wilde weten, bleef het geheel wat aan de oppervlakte en regelmatig moest ik opnieuw terugbladeren om het vertelperspectief vast te houden of weer uit te zoeken wat dit stuk in het geheel te betekenen had.
Fascinerend boek, absoluut, en laat deze recensie geen ontrading zijn, want de sfeer en de feiten zullen ook na mijn lezing nog even nazinderen, maar helemaal geslaagd vonden we het niet.
Door Gert De Bie sinds 2 maanden en 13 dagen
Via 3 generaties (vader Emiel, dochter Hannelore en kleinzoon Matteo) loodst schrijversduo Elvis Peeters zijn lezers doorheen 70 jaar (Belgische) geschiedenis. Al lezend voel je aan den lijve hoe die tijden impact op ieders leven hebben: rechtstreeks en onrechtstreeks, bewust of onbewust. Geleid door schone zinnen, in heldere, directe taal ontdek je hoe de tijden karakters vormen of misvormen en dat ook wie er denkt aan te ontsnappen, een kind van zijn tijd is.
(Groot)vader Emiel neemt noodgedwongen het boerenbedrijf van zijn vader over en worstelt evenzeer met zijn wereldse idealen als met de economische haalbaarheid van de boerderij. Hij lijkt de tijden te ondergaan en zich daarbij neer te leggen. Zijn dochter Hannelore wentelt zich net vol overtuiging in die wereldse idealen en ziet de maakbaarheid van de wereld, waar ze zich met twee voeten vooruit instort. Geen blik achterom nodig. De tijden onderga je niet, die maak je. Kleinzoon Matteo weet zich geen raad met de tijden en zoekt heil in de vervlogen verlichting.
Elvis Peeters schetst een familie, haar idealen en hoe ze haar weg zoekt doorheen de tijden. Haarscherp zie je hoe het wiel van de geschiedenis maalt, hoe mensenlevens daar willens nillens door gevormd worden en hoe niemand ontsnapt aan zijn tijden: al geeft elk karakter er zijn eigen invulling aan, gekneed wordt je.
De tijden draagt de typerende kracht van Elvis Peeters' pen op elke bladzijde mee: heldere taal die zelden omfloerst is, vol krachtige en prachtige zinnen.
Waar nodig krast die pen letter voor letter de blinkende vernis van ons mens- en maatschappijbeeld weg en legt de minder glanzende onderlaag bloot. Dat maakt de tijden soms confronterend en hard, maar evenzeer relevant en beklijvend. Wie een sprookje wil, hoeft niet bij Elvis Peeters aan te kloppen. Wie er niet om maalt door elkaar geschud te worden: doe je gordel aan, de tijden breken aan!
Door Gert De Bie sinds 2 maanden en 27 dagen
Zo, bij deze hebben we heel de Donkere Toren reeks achter de kiezen en zijn er nog amper kanten van Stephen King's oeuvre die we niet geproefd hebben, alleen zijn 'on writing' staat nog op ons verlanglijstje.
Na iets meer dan 4000 bladzijden weet King een bevredigend slot aan deze mytische reeks te breien, al is de slotroman zeker niet de sterkste uit de reeks. Hoewel hij de verhaallijn goed verder uitwerkt, de lezer opnieuw de nodige verrassingen bezorgt en - zoals gezegd - de reeks een passend slot weet te geven (wat we toch echt geen eenvoudige opgave vonden), heeft het laatste boek in de reeks een beetje te lijden onder vetzucht. Het leek ons 680 bladzijden lang dat King vond dat dit een dik boek moest zijn en dat er nog heel wat woorden aan de queeste van Roland en zijn scherpschutters moesten worden vuilgemaakt. Aangedikte zinnen, trage scènes, aangekondigde plotverschuivingen: die hadden er redactioneel allemaal uit gemogen, wat ons betreft. Dat had ons minstens 100 pagina's uitgespaard, gokken we.
Kritische slotnoot dus, maar graag gelezen, die Donkere Toren reeks.
Door Gert De Bie sinds 3 maanden
Kamaledin schetst in Koninkrijken het fysieke Bagdad en de manier waarop
de bewoners daar de dag van vandaag zich al dan niet in kunnen bewegen.
Tegelijkertijd is Koninkrijken een parabel over de mentale impact van
de stad en zijn muren (en checkpoints) op de bewoners.
De
combinatie van beeldspraak, fysieke en mentale muren, historische en
hedendaagse beelden, is voor de lezer niet altijd even vlot verteerbaar,
maar Kamaledin zei daarover dat het net zijn bedoeling was om zo het
leven in de stad over te brengen aan de lezer en het onverteerbare van
dat leven in zijn tekst weer te geven.
De beklemming en sfeer
zijn voelbaar in de taal, maar de soms verwarrende en snelle beeldspraak
en positiewissels zorgen ook voor afstand. Misschien dat dezelfde tekst
op de planken gebracht, voor meer impact en beter begrip zorgt.
Door Gert De Bie sinds 3 maanden
‘We moeten je iets vertellen.’
Wanneer je ouders deze woorden uitspreken, weet je als kind dat er een belangrijke - wellicht onprettige - boodschap zal volgen. Hazel, haar zus Rivka en broer Nathan krijgen op een ochtend de beladen woorden ‘we moeten je iets vertellen’ te horen. Samen met de boodschap dat hun ouders gaan scheiden.
Je beleeft het verhaal door de ogen van de dertienjarige Hazel. De geplande zomervakantie met het hele gezin in Italië kan niet doorgaan. Daarom zal Hazel haar zomervakantie op een eiland bij haar oma moeten doorbrengen, tegen haar zin. In de eerste zes hoofdstukken wordt de scheiding uitgewerkt. Dit leest iets te langdradig en te uitgesponnen. Vanaf haar vertrek naar het eiland (hoofdstuk 7) komen er andere boeiende personages bij en word je meegezogen in het verhaal. De personages worden mooi uitgewerkt, elk met hun eigenheid: Kean en zijn bijzondere neef Raaf, Hazel’s oma en haar blinde hond Vincent.
Verschillende aspecten uit een (tiener)leven komen aan bod: verliefdheid, afscheid nemen, keuzes maken, autisme, dementie, zelfacceptatie… Wanneer Hazel in een lade bij oma een pakje ongeopende brieven bestemd voor haar vader ontdekt, komt ze de ware reden van de scheiding te weten, die we hier nog geheim houden. Deze verhaallijn geeft het verhaal absoluut een mooie diepgang.
Hoewel ik op voorhand een beetje vreesde dat dit een typisch stroperig verhaal vol treurnis zou worden, was ik verrast door de eerlijke inhoud en de verschillende ontroerende en herkenbare personages en verhaallijnen. Marlies Slegers heeft een talent voor verhalen vertellen. Jeska Verstegen zorgde voor de prachtige voor- en achterflap en schutbladen, waarin de vliegende flamingo’s opvallen. En dat is uiteraard geen toeval. Hazel’s opa was een vogelliefhebber en Hazel verwijst regelmatig naar vogelweetjes uit Het grote vogelboek.
Ik las dit meeslepende boek tijdens een kampeervakantie in de Vogezen: ‘s avonds laat in het pikkedonker, kinderen en manlief lagen al in de tent, vleermuizen fladderden boven me en ik las bij kaarslicht. ‘We moeten je iets vertellen’ bleek mijn perfecte leesmatch te zijn. Het bezorgde me heerlijke avondlijke leesmomenten, inclusief de brok in de keel en dat overkomt me niet zo vaak.
Vanaf 11 jaar
Door Liesbeth Devriendt sinds 3 maanden en 2 dagen
‘De zoon van de berentemmer’ wekte - met zijn mysterieuze voorkaft - al langer mijn interesse. Toen het boek op 12 juni 2023 een Zilveren Griffel won, zette ik ‘m bij op mijn vakantieleeslijst. De voorbije twee dagen verslond ik het rauwe verhaal over Ciprian en zijn familie. Wat een leeservaring! Het verhaal liet me niet los. Nooit zal ik nog op dezelfde manier naar zigeuners en bedelaars kijken.
De familie van Ciprian reist als kinderen van de wind rond om op te treden met een beer. Het verhaal begint met een mooie omschrijving van zo’n berenoptreden. Daddu (vader) met getatoeëerde berenklauwen op zijn vingers, neemt het op een plaatselijk marktje in een schijngevecht op tegen hun beer Gaman. Uiteraard wint Daddu. De buit van dit optreden is wat armetierige muntjes. En hoewel er in je achterhoofd spookt dat dit een vorm van dierenmishandeling is en dat je op die manier toch niet kan overleven, voel je de liefde binnen het gezin en begrijp je dat ze trots zijn op hun Ursaritradities, als afstammelingen van farao’s van Egypte en beschermelingen van keizer Sigismund.
Van de beer zelf wordt in het verhaal redelijk snel afscheid genomen, nadat de auto van het gezin het begeeft en ze weggejaagd worden door de plaatselijke bevolking. Vanaf dat ogenblik neemt het leven van het gezin een andere wending. Ze komen in contact met mensenhandelaars die hen ‘het land van melk en honing’ beloven in Parijs. Alleen moeten ze voor deze zware tocht veel, héél veel betalen. Hoewel niemand in het gezin kan lezen of schrijven, wordt een contract getekend en zit het gezin gevangen in het net van de mensensmokkelaars. De schuld die betaald moet worden is torenhoog. Van goede huisvesting of legaal werk is geen sprake. Het gezin belandt in een banlieue van Parijs en is aangewezen op stelen en bedelen.
Tot Ciprian tijdens één van zijn dwaal- en steeltochten door Parijs in Jardin du Luxembourg mensen twee aan twee ziet zitten aan kleine tafeltjes. Met op die tafels een soort bord met zwarte en witte vakjes en daarop grappige houten figuurtjes, ook witte en zwarte. Ciprian raakt in de ban. Alleen door naar het spel te kijken, leert hij hoe het werkt, al heeft hij in het begin nog geen idee welk spel er gespeeld wordt. Hij leert er mevrouw Walvis en meneer Enorm kennen en raakt verder in de ban van het schaken. Zij ontdekken dat Ciprian een geweldig geheugen en een groot schaaktalent bezit. En zo verandert het leven van Ciprian en zijn familie. Hij leert zelf schaken én lezen. Vanaf dan is het woordenboek ‘Le Robert’ zijn compagnon de route.
De beschrijvingen in het boek zijn treffend en sfeervol. Nooit staat er een woord te veel. De dialogen zijn geloofwaardig en sprekend. De taal helder en ongecompliceerd. Hoewel de schrijver nooit de kaart van het meelijwekkende verhaal vol lange gevoelsmatige beschrijvingen kiest, gaat dit boek toch op je vel zitten. Als uitschot of paria behandeld worden, niets bezitten (geen materieel bezit maar ook geen geboortedatum, geen thuis…) je in een uitzichtloze situatie bevinden, stelen (wat door de familie verbloemd wordt tot ‘lenen’) als enige uitweg zien, vol minachting bekeken worden… Meermaals heb ik me de vraag gesteld waar we als maatschappij toch mee bezig zijn. Dat we mensen wiens tradities en gebruiken we zelf niet goed begrijpen zo weinig kansen en mogelijkheden bieden.
Dit is een boek over medemenselijkheid, over de donkere zijde van onze maatschappij, voor de ervaren lezer die houdt van de harde werkelijkheid. Door de hoopvolle ondertoon is het boek leesbaar voor kinderen, maar toch is dit geen zeemzoet verhaal waarin op het einde alles weer goed komt. En net dat maakt ‘De zoon van de berentemmer’ een meesterwerk.
Vanaf 12 jaar
Door Liesbeth Devriendt sinds 3 maanden en 2 dagen
Een boek vol bijzondere woorden. Neem dat gerust letterlijk. De 17-jarige Gioia verzamelt onvertaalbare woorden. Denk aan kensho (Japans - het ultrakorte moment waarop je het plots helder ziet), hoppipolla (Ijslands - in modderplassen springen) of begadang (Bahasa Indonesia - de hele nacht wakker blijven om te praten). Doorheen het verhaal tovert ze zo’n vijftig bijzondere woorden uit haar hoed. Elke keer ik zo’n woord tegenkwam, voelde het alsof ik een klein cadeautje kreeg.
Vanop de kaft keek Gioia me indringend met haar felblauwe ogen aan. Vanaf het ogenblik dat ik het boek vastnam, voelde ik een soort verbondenheid met haar. Gioia - door haar klasgenoten neverajoy genoemd - is anders dan anderen en vindt weinig aansluiting. Ze houdt van onvertaalbare woorden, van Pink Floyd, van fotograferen (alleen de ruggen van mensen) en heeft één vriendin Tonia, die enkel in haar gedachten bestaat. Op een dag ontmoet ze op het terras van een gesloten café de mysterieuze Lo. Met hem kan ze goed praten. Maar hij toont zich niet altijd als een betrouwbare vriend. Gioia raakt verstrikt in het leven van Lo. Als lezer word je meegezogen in het verhaal van Gioia en Lo en word je vaak aan twijfelen gebracht.
Auteur Enrico Galiano is een Italiaanse leraar. Achteraan in het boek staat een fijn interview met hem; lees dat zeker ook. Hij schreef een rijk verhaal over liefde, vol filosofische overpeinzingen, waarin verschillende verhaallijnen verweven zitten: de toxische relatie van de ouders van Gioia, het soms moeilijke leven als adolescent, armoede, pesten, psychische ziekte… Dit alles verpakt in wonderlijke taal. Het boek bulkt van de mooie zinnen.
Een personage dat er met kop en schouders bovenuit steekt, is de leraar filosofie Meneer Bove. De gesprekken tussen Gioia en Meneer Bove lezen prachtig. Je wenst dat elke adolescent lessen filosofie zou mogen krijgen van een inspirerende leerkracht als Meneer Bove.
Soms leest het verhaal wat hakkelig. Sommige hoofdstukken zijn lang, anderen weer heel kort. Het zou ook kunnen liggen aan de bijzondere woorden die telkens uitgelegd worden (al stoort dat niet echt) of aan de vertaling die nogal Hollands aanvoelt.
Los daarvan heb ik ‘De bijzondere woorden van Gioia’ heel graag gelezen. Het open einde maakt me benieuwd. Het vervolg ‘Gelukkig tegen de wereld’ staat dan ook hoog op mijn leeslijst. Want intussen is Gioia voor mij nech-gaoil (Iers - de persoon die in je hart woont) geworden.
Een tip: je hoeft alle onvertaalbare woorden die je in het verhaal tegenkomt niet op te schrijven tijdens het lezen. Ik geef toe; ik heb het zelf wel gedaan. Tot bleek dat alle woorden achteraan het boek netjes opgelijst staan. Het bespaart je een hoop moeite.
Vanaf 15 jaar
Door Liesbeth Devriendt sinds 3 maanden en 2 dagen
Tijdens lange autoreizen luisteren we graag naar luisterverhalen. Verschillende hoorspelen van Het Geluidshuis passeerden reeds de revue. En hoewel onze zonen intussen (bijna) tieners zijn, blijven ze fan van Kabouter Korsakov. Moeder en vader, die genieten graag mee.
Kabouter Korsakov en zijn vriendje de glimworm Meneer Wattman moeten door een ongelukkig toeval het kabouterbos verlaten. Zo komen ze - gewapend met verdwijnpaddenstoelen - in de mensenwereld terecht. Samen met andere sappige personages (wat dacht je van mevrouw Kip Curry?) beleven ze doldwaze avonturen.
Door de geluidseffecten, grappige oneliners en geweldige stemmetjes zie je het allemaal zo voor je gebeuren. Meneer Wattman tovert graag synoniemen, spreekwoorden of woordspelingen uit zijn hoed. Deze heerlijke taalpareltjes en leuke liedjes maken er een oorstrelend geheel van.
Kabouter Korsakov is een kijk-, lees- en luisterboek. De strakke prenten in het boek werden getekend door Emma Thyssen. ‘In het kippenhok’ en ‘In de puree’ zijn onze favorieten. Plezier gegarandeerd!
Door Liesbeth Devriendt sinds 3 maanden en 2 dagen
Een Japanse misdaadroman uit 1997 waaraan het gemiddelde Tarantino-script een puntje kan zuigen.
Masako, Kuniko, Yoshie en Yayoi hebben weinig met elkaar gemeen maar vormen een team 's nachts aan de lopende band in een fabriek waar kant-en-klare maaltijden worden gemaakt. De vrouwen zijn op elkaar ingespeeld, helpen elkaar in de werkroutine en keuvelen regelmatig na. De man van Yayoi is flink aan de drank en wanneer ze ontdekt dat hij vreemdgaat en al hun spaarcenten vergokt heeft, loopt het op een avond uit de hand en vermoordt ze hem.
Er groeit een vreemde entente tussen de vrouwen als Masako besluit om Yayoi uit de nood te helpen en het lichaam van de vermoorde Kenji te laten verdwijnen.
Wat al een pittig uitgangspunt is, gebruikt Natsuo Kirino om je als lezer in een nog breder uitgezette plot mee te sleuren, die met momenten Tarantinesk aanvoelt, ingenieus in elkaar zit en met elke bladzijde meer en meer zindert en spant.
De nogal directe Japanse stijl vraagt wat gewenning en het cultuurverschil zorgt er soms voor dat we niet met elk personage even intens meeleven, maar dat doet niets af aan de literaire merite, de strak uitgewerkte plot en de algemene sfeer van vervreemding en afstomping die mee de sfeer van het boek bepalen.
Het boek weet verschillende keren te verrassen, is wat rauw en soms behoorlijk hard, maar sleept je mee en blijft spannend tot de laatste bladzijde.
De slotscène kreeg een semi-filosofische ondertoon die we wat zinloos en overdreven vonden, maar dat deed niets af aan ons leesplezier voor de rest van het boek. Straf.
Door Gert De Bie sinds 3 maanden en 10 dagen
Yep. Schrijversduo James S.A. Corey blijft oerdegelijk werk afleveren: ook in deel 7 van The Expanse-reeks werden we uiteindelijk meegezogen.
Ja, de formule is gekend, en van die kant komt niets verrassend meer, en hetzelfde geldt voor de structuur waarmee de boeken uit de reeks telkens opgebouwd worden.
Maar het verhaal, dat inmiddels over niets minder dan de toekomst van de mensheid gaat (7 boeken verder zijn we verspreid over zo'n 1600 zonnestelsels) weet ook nu weer voldoende te verrassen en zet opnieuw uitdagende plotlijnen uit, zodat we na dit smakelijke 7de deel, ongetwijfeld via het achtste deel willen uitvissen hoe ze dat in het 9de deel allemaal netjes (?) zullen afronden.
Door Gert De Bie sinds 3 maanden en 10 dagen
Het kappen van het bos, een 70-jaar oude Italiaanse novelle, is heel erg mooi in zijn haast ontroerende eenvoud.
Carlo Cassola vertelt hoe Guglielmo enkele maanden nadat hij weduwnaar is geworden met een kapploeg naar de Toscaanse Apennijnen trekt om er een perceel hout te gaan kappen waarvan hij de kaprechten kocht.
Het ritme van de zinnen en de eenvoud van taal en stijl lijken rechtstreeks afgestemd op het levensritme van de mannen: vijf maanden lang is opstaan, kappen, eten en slapen het enige wat hen te doen staat. Voor Guglielmo is het zware werk een manier om zijn gedachten te verzetten en een vlucht van zijn droeve lot.
Cassola weet het leven van de kappers tot dicht bij zijn lezers te brengen in een vlot lezende en mooie novelle. Een eenvoudige wereld, die als het om relaties, leven en lijden gaat, net zo complex is als die van ons allemaal.
Schoon en schrijnend in al zijn eenvoud. Guglielmo mag altijd een knuffel komen vragen.
The Murderbot Diaries leek me zo'n simplistische, cliché titel voor een reeks, dat ik me telkens opnieuw afvroeg waarom het boek in mijn kast stond. Maar kijk: ook achter dat soort titels zitten soms fijne boeken verborgen.
Murderbot is een security-robot die zichzelf wist af te koppelen van de bedrijfssoftware die hem controleert. Hij houdt zich liefst bezig met het kijken van de 35.000 uren aan soaps en entertainment shows die hij van het bedrijfsnetwerk downloadde, maar blijft daarnaast nog steeds geprogrammeerd om de mensen in wiens dienst hij is, te beschermen. Hij heeft een hekel aan sociale interactie en leert meer uit de soaps die hij bekijkt, dan van de softwarepakketten die de firma bij hem installeerde.
Martha Wells lanceert haar serie novelles met verve: humor, actie, spanning en een vlotte stijl maken ze compulsief leesbaar en de sociale spanning tussen de robot en menselijke personages geven het verhaal een relevante en interessante ondertoon.
Degelijk uitgewerkte, ontspannen en goed geschreven scifi met nét dat iets meer. Kans dat we ook een volgend deel zullen lezen is reëel.
Door Gert De Bie sinds 3 maanden en 18 dagen
Check dit. Met deze twee woorden begint dit krachtig boek over Castle Cranshaw (bijnaam: Ghost): een 12- jarige jongen die verzot is op zonnebloempitten en droomt van een leven als basketballer, houder van het wereldrecord ‘meeste wereldrecords weten’. Tot daar de weinig bijzondere omschrijving van een doorsnee jeugdige. Maar check dit; drie jaar geleden richtte Ghosts vader een pistool op hem en zijn moeder. Die avond leerde Ghost rennen. Sindsdien heeft hij zijn vader nooit meer gezien. Met deze traumatische gebeurtenis is de toon meteen gezet. Ja, dit is een innemend boek dat je verder wil lezen.
Na het wereldrecord voor de snelste selectiewedstrijd ooit, een hoofdstuk dat erg vermakelijk leest, is de coach van atletiekteam de Defenders onder de indruk van het looptalent van Ghost en sluit Ghost zich aan bij het hardloopteam. Maar dit loopt niet van een leien dakje. Ghost is een kwetsbare jongen: hij heeft veel aanvaringen op school, loopt niet makkelijk in het gareel en z’n gedachten slaan soms op hol. Hij groeit op in armoede, in een achterstandswijk en voelt zich vaak buitengesloten.
Hardlopen en wereldrecords lopen als een rode draad doorheen het boek. Elk hoofdstuk heeft als titel ‘wereldrecord voor’ (wereldrecord voor het vaakst wegrennen op één dag…). Reynolds vindt hiermee een mooie balans tussen zware onderwerpen (opgroeien in armoede, geweld in een gezin…) én ontroering, luchtigheid en humor die ontladend werken. Het lopen is een mooie metafoor. Ghost loopt weg van zijn verleden en loopt naar een andere toekomst; naar een betere versie van zichzelf. Mensen die in hem geloven, komen op zijn pad (zoals coach Coach, bevriende kruidenier meneer Charles…). Het open einde houdt het boek geloofwaardig, ook dat is een knappe keuze van de auteur.
De 39-jarige zwarte, Amerikaanse auteur Reynolds zelf las voor het eerst een boek toen hij zeventien was. Hij kwam maar weinig verhalen tegen waarin hij zichzelf herkende. In een interview met Bas Maliepaard zei hij: “In de boeken die ik op school kreeg, zocht ik tevergeefs naar mezelf. Ik miste een gezicht en een stem als de mijne. Het was idioot om van ons te verwachten dat wij een relatie zouden opbouwen met de literatuur, terwijl die niets met ons te maken had. Ik voelde dat ik niet bestond in die boeken en dat de mensen die deze boeken schreven blijkbaar vonden dat ik niet bestond in de wereld. Waarom zou ik daaraan meedoen? ” Met zijn boeken wil hij daar - als ervaringsdeskundige - verandering in brengen. Hij wil kinderen laten weten dat ze gezien worden. Voor kinderen die deze wereld niet van nabij kennen, openen zijn boeken de ogen.
Reynolds maakt het de lezers niet te makkelijk: “Ik wil boeken maken waarvan kinderen het gevoel krijgen dat ze die aandachtig moeten lezen. Ik vind het leuk om het vuurtje van de verbeelding en het kritisch lezen op te stoken”. Zijn vlotte schrijfstijl is geïnspireerd door raps en street culture en bulkt van de directe taal en levendige dialogen.
Er bestaan maar weinig doorleefde, empathische jeugdboeken met hoofdpersonen van kleur, zoals die van Reynolds. Ghost is dan ook een echte aanrader voor jongeren die een sterk boek over het échte leven willen lezen.
Marie Postema werd genomineerd voor de Filter Vertaalprijs voor haar schitterende vertaalwerk.
Vanaf 10 jaar
Door Liesbeth Devriendt sinds 3 maanden en 18 dagen
Wanneer vier dichters van deze tijd achttien onvergetelijke gedichten uit de Nederlandstalige poëziecanon kiezen en daarbij op een verfrissende manier hedendaagse kindergedichten schrijven, geeft dat vonken. Dat is exact wat Daniël BIlliet, Jos van Hest, Gil vander Heyden en Bette Westera bewijzen met het boek ‘Wees welkom boven op mijn beste hoed.’
‘Die dichters van lang geleden, ze zingen in de taal van toen. Het is geen disco. Maar voor het lied dat ze zongen, doe ik mijn hoedje af’, schreef Gil Vander Heyden.
De vier taal coryfeeën haalden klassiekers van onder het stof. Deze literaire parels laten zich niet makkelijk lezen en zijn niet altijd even begrijpelijk, vol gedateerde taal en ouderwetse woorden. Jonge mensen en ook veel volwassenen (waaronder ook deze schrijfster) kennen en waarderen ze dan ook niet meer. Door er actuele gedichten bij te schrijven, willen ze tonen dat oude gedichten nog springlevend kunnen zijn, àls ze gelezen worden.
Werkt dit? Ja, dit werkt wonderwel! De auteurs kozen achttien gedichten over uiteenlopende onderwerpen (liefde, oorlog, seizoenen, taal, kind zijn…) en uit diverse tijdsperiodes (gaande van ‘Hebban olla vogala’ uit 1075, over Moederken van Gezelle uit 1891, tot Pogrom van Ed. Hoornik uit 1983).
Het boek bevat bij elk van de achttien meesterwerken vlot geschreven achtergrondinformatie die zeer fijn leest. Soms staan daarbij tips van de auteurs over hoe je het gedicht kan interpreteren of hoe je er mee in de klas aan de slag kan gaan. De auteurs wakkeren nieuwsgierigheid aan, bieden opstapjes om de meesterwerken te bevatten en geven je ‘ogen en oren’ om ze te ervaren en waarderen. Zo proefde ik hoe schoon die oude dichters over de dingen des levens konden schrijven.
De vier nieuwe verzen vormen een mooi klavertje vier rondom elk meesterwerk. Plezierig om te zien hoe elk van de dichters de meesterwerken interpreteerde en hoe verscheiden de vier nieuwe gedichten zijn. Daartussen zitten trouwens ook kanshebbers om ooit klassiekers te worden, zoals het prachtige gedicht Voorbij: ‘Alles gaat voorbij. Langverwachte lentes, zinderende zomers, wervelende herfsten, witgewassen winters’, het fantastische gedicht Aanmoediging: ‘Uit die zwartmodder van je bestaan zal, geloof het of geloof het niet, licht omhoog komen, luchtbellen zweven’, het originele taalspel in het gedicht Vredesplein: ‘Google zegt me dat ik eerst een eind door de Rampspoedstraat moet lopen’, of het grappige vers Papa zag eens pruimen hangen: ‘Wat niet weet, wat niet deert, en jong gedaan is snel geleerd. Wat niemand ziet is niet verkeerd’.
De bundel werd mooi vormgegeven met melancholische, sobere potloodtekeningen in voornamelijk rood en blauw van Trui Chielens.
Deze voltreffer is een uniek boek voor ‘het algemene belang’. De leesvaardigheid van onze Vlaamse jeugd gaat zienderogen achteruit. Ze lezen weinig en al zeker geen klassiekers. Het zijn boeken zoals deze die ertoe kunnen bijdragen dat kinderen (en ook volwassenen) op een fijne manier kennismaken met de rijke Nederlandse taalgeschiedenis. Dus beste ouders en leerkrachten: verruim de wereld van je kinderen en leerlingen en lees de gedichten voor, bespreek ze en sta samen versteld van zoveel schoonheid!
Vanaf 11 jaar
Door Liesbeth Devriendt sinds 3 maanden en 18 dagen
Het klinkt wat gek om over een 'zachte' Houellebecq te schrijven, alsof in Vernietigen de wereld niet stilaan naar de verdoemenis gaat, alsof de politiek niet langs alle kanten naar plat opportunisme ruikt, alsof de dialogen van Houellebecq's personages niet met cynisme doorspekt zijn en alsof hoofdpersonage Paul Raison niet op zijn 50ste terugblik op een uitzichtloos leven vol zinloze keuzes.
Maar daarmee raken we slechts de plotlijnen en stijlelementen aan die het kader van Vernietigen creëren en die Houellebecq nog niet eens allemaal verder uitwerkt. De essentie van het boek ligt in de uitgebreide, bloedmooie beschouwingen over ons levenseinde, waarmee Vernietigen erg verwant is aan De kaart en het gebied, die we tot nog toe onze favoriete roman uit 's mans oeuvre noemden.
In Vernietigen schept Houellebecq een actueel kader - we zijn 2026 - waarin terroristische aanslagen en fake news de komende presidentsverkiezingen en de maatschappij ontwrichten. Topambtenaar Paul Raison staat dicht bij minister van financiën Bruno Juge, die ook presidentskandidaat wordt. Hoewel Houellebecq in die plotlijnen veel verteld over de wereld waarin we leven en de machinaties van de macht, schuiven die verhaallijnen langzaamaan meer naar de achtergrond en focust Vernietigen zich steeds intenser op Paul Raison en diens familie. Houellebecq weet hun banden raak te treffen, geeft hen voldoende context en weet de lezer zo erg nauw te betrekken bij de momenten waarop de familie af moet rekenen met verlies, conflicten uit het verleden moet rechttrekken, of andere moeilijk keuzes maakt.
Tot slot verschuift Vernietigen helemaal naar het lot van Paul Raison zelf, en daar tovert Houellebecq zijn mooiste zinnen en meest relevante beschrijvingen uit zijn pen. De beschouwingen over het einde van ons leven en hoe we daar mee omgaan zijn van een grote schoonheid en een voor Houellebecq's pen ongekende zachtheid.
Na het lezen van Vernietigen lijkt het ons helemaal duidelijk dat het masker van cynische, rechts-kritische auteur die graag choqueert een masker is waarachter Houellebecq zich al jaren verschuilt om zijn zoektocht naar de menselijke raison d'être gestaag verder te zetten en in elke roman verder op zoek te gaan naar wat ons drijft, wat we willen nalaten en wat het zou kunnen betekenen om mens te zijn.
Of misschien wel: dat het masker van cynische, rechts-kritische auteur iets is waar sommige critici en lezers vergeten voorbij te kijken en zo nooit ontdekken hoe een warme, zoekende auteur vol mededogen voor zijn hopeloze personages er in Houellebecq verscholen zit.
Literatuur met een grote L, dit.
Door Gert De Bie sinds 3 maanden en 18 dagen
Zo'n boek dat al jarenlang in je boekenkast staat.
Je hebt geen enkele reden om het niet te lezen.
Het is niet dik. Iedereen is er enthousiast over.
Alles lijkt uit te wijzen dat het niet tegen kan vallen. En toch.
Blijft het jarenlang stof vergaren.
Tot je het zonder nadenken uit de kast neemt, begint te lezen en de volgende dag al een leesverslag mag schrijven.
Met Zijde brak Alessandro Baricco in 1997 internationaal door. Het boek werd verfilmd, kende talloze vertalingen en evenveel drukken. En bleef dus lange tijd ongelezen in onze kast staan.
(Misschien is het de kleffe als boekcover hergebruikte filmposter met Keira Knightley en Michael Pitt die ons stiekem weerhield van het boek te lezen, bedenken we even tussendoor.)
(Ja, dat deed er ongetwijfeld geen goed aan)
Enfin. Het boek.
Zijde is terecht een moderne klassieker.
Het is een stilistisch pareltje dat op een heel erg aangename manier opgebouwd is, zeer prettig leest en op een eenvoudige maar glasheldere manier relevante aspecten van leven, liefde, lust en lijden belicht.
En dat alles niet in pastelkleuren, noch met aanzwellende violen of wapperende manen van Keira Knightley of andere getypecaste diva's.
(Ziedaar mijn stille wraak op die afschuwelijke filmedities die uitgevers menen te moeten uitgeven.)
Enfin. Een stilistisch pareltje dus. Blakend van eenvoud, zinderend van stijl, verrassend van plot en veelzeggend van inhoud.
Dank, Alessandro.
Door Gert De Bie sinds 3 maanden en 29 dagen
Ook in het laatste deel van The Interdependency-trilogie wist John Scalzi ons moeiteloos aan zijn boek te kluisteren en slaagde hij er in ons telkens opnieuw te verrassen.
Bij het omslaan van de laatste bladzijde hadden we zo goed als 1000 Interdependency-pagina's achter de rug die we allemaal met evenveel gretigheid, goesting en zin gelezen hebben. Scalzi werkt zijn plot degelijk en gefundeerd uit, stevent er zonder gêne in een rotvaart op af en spijst zijn verhaal met scherpe dialogen, pittige en geloofwaardige personages en een relevante context.
The Interdependency-trilogie handelt immers over de val van een samenleving: met het wetenschappelijk aangetoonde en aangekondigde verdwijnen van de Flow-stromen (die de verschillende menselijke vestigingen in het universum met elkaar verbinden) staat het leven van biljoenen mensen op het spel, want alle afzonderlijke menselijke nederzettingen zijn van elkaar afhankelijk. De grote tenoren in de samenleving verkiezen hun hachje te redden en laten zaken en geld voorgaan op het algemeen belang. Anderen steken de kop in het zand, maar met frisse moed en gezonde naïviteit probeert emperox Grayland II de mensheid zo goed mogelijk door de aangekondigde crisis te loodsen.
De parallellen met onze hedendaagse samenleving zijn legio en Scalzi steekt die ook niet onder stoelen of banken. Hij gebruikt die context om een meeslepende en spannende trilogie te schrijven en toont zich evenzeer meester in het schetsen van politiek gekonkelfoes, het blootleggen van opportunisme of het in vraag stellen van de menselijke aard als in het bedenken van heerlijke personages, goed uitgewerkte plotwendingen en vlijmscherpe zinnen.
Sterk staaltje vakmanschap met een vilein genoegen uitgewerkt en een absoluut plezier om te lezen.
Door Gert De Bie sinds 3 maanden en 29 dagen
Wat wil je als lezer graag vertellen over het middelste deel van een trilogie?
Dikwijls voelt zo'n deel aan als een brug tussen de opening en het slot, maar deze zwakte weet Scalzi met verve te vermijden.
In The Consuming Fire drijft Scalzi de spanning rond het bestuur van emperox Grayland II, die met de grootste crisis van het rijk ooit af te rekenen heeft, verder op en gaan we samen met haar persoonlijke raadgever verder op zoek naar een mogelijke oplossing om het uiteenvallen van het rijk en daarmee een gewisse dood voor biljoenen te voorkomen. We krijgen nieuwe, goed uitgewerkte plotwendingen op ons bord en blijven gulzig en gretig proeven van Scalzi's vakmanschap: zinnen met vaart, spitse dialogen en uit beton gehouwen plots.
Puik werk. Op naar deel drie.
Door Gert De Bie sinds 3 maanden en 29 dagen
Op zoek naar een koesterboek om hart en ziel te verwarmen, misschien wel om cadeau te geven aan een dierbare? Dan is Dit. een prima keuze! Een boek met een bijzondere, treffende titel waarin in korte, poëtische dierenverhalen heel wat levensvragen en wijsheden op een sprankelende maar ongecompliceerde en herkenbare manier aan bod komen. Wat is geluk? Hoe lang duurt altijd? Kunnen woorden verdwijnen? Dit. is een boek voor iedereen die durft dromen, want zoals schildpad in één van de verhalen tegen das zegt: ‘In dromen kan alles.’ Het is geen boek om in één ruk uit te lezen, wel eentje om voldoende tijd voor te nemen.
In het voorjaar van 2023 verscheen de jubileumuitgave van dit boek, vanwege het 20-jarige bestaan van uitgeverij Samsara. Met gouden letters op de kaft, dik aquarelpapier, een extra verhaal en tekening springt deze feestelijke uitgave in het oog.
Tiny Fisscher schreef al heel wat boeken. Nochtans had ik nog nooit van haar gehoord. Na enig opzoekwerk bleek dat Tiny Fisscher de laatste versie van ‘Alleen op de wereld’ (een boek dat in 1878 geschreven werd door Hector Malot) in 2016 herwerkte en schreef. Die ontroerende, tijdloze klassieker verslond ik enkele jaren geleden. Intussen las ik ook ‘Het geluk van schildpad’, een prachtig boek met filosofische dierenverhalen voor jongere kinderen, ook van de hand van Fissher.
De zwart-witillustraties in Dit. zijn van de hand van Iris van der Veen. Zijzelf omschrijft haar werk als ‘poëzie in beelden’. Haar tekeningen zijn simpel; zo eenvoudig dat ze opvallen. Ze maken van dit koesterboek een pareltje; een feest voor het oog en het hart. Een boek dat thuishoort in het rijtje van de dierenverhalen van Toon Tellegen, Grote Panda en Kleine Draak en De jongen, de mol, de vos en het paard.
Vanaf 9 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 4 maanden en 3 dagen
Opnieuw las ik een zeer bijzonder, prachtig geïllustreerd boek: Schaduw van Toet. Lida Dijkstra nam me 3000 jaar mee terug in de tijd naar het Oude Egypte. Al bij het zien van de donkere cover met gouden afwerking en de prachtige bladschikking besefte ik dat ik lezersgoud in m’n handen had.
Het mythische, historische verhaal over Toetanchamon (Toet) wordt verteld vanuit de ogen van zijn halfzus Anchesenamon (Amany). Dit moedige meisje beschermt en behoedt haar kwetsbare halfbroertje Toet, die een zwakke gezondheid en een klompvoetje heeft. Toet is, tot frustratie van zijn vader farao Achnaton, een angstig jongetje. Amany krijgt de opdracht om Toet, de toekomstige farao, alles te leren wat hij moet weten voor hij de heerschappij over het land aan de Nijl krijgt zodat hij minder bevreesd wordt. Ze probeert in de schaduw van Toet stand te houden in het wespennest vol bedrog, misleiding en machtsstrijd dat het Egyptische hof is.
‘s Avonds voor het slapengaan vertelt Amany verhalen aan haar halfbroer. Verhalen over goden, over hoe de wereld ontstond, over mummies, over piramiden, over het dodenboek… Door deze ‘aparte verhalen’ wordt je als lezer verder ondergedompeld in de Egyptische gebruiken en tradities. Je ziet heel duidelijk wanneer je in het verhaal van Toet en Amany zit of wanneer er een achtergrondverhaal verteld wordt, want die laatsten staan bruin gedrukt met langere zinnen. De verwevenheid van het echte verhaal met de achtergrondverhalen werkt perfect.
De bladschikking van het boek is bijzonder. De tekst staat met korte zinnen gecentreerd in het midden van het blad met heel wat witruimte rond. Hiermee lijkt de tekst op papyrusrollen te staan. De fenomenale illustraties, gebaseerd op Egyptische kunst, zijn gemaakt door Djenné Fila. Zij gebruikte verschillende materialen en technieken (waaronder bladgoud en hiërogliefen) om het oude Egypte tot leven te wekken. De machtige illustraties spreken tot de verbeelding en versterken het verhaal.
De taal die Lida Dykstra hanteert is verfrissend en poëtisch. Hoewel de tekst niet rijmt, leest het verhaal als een lang, ritmisch, soepel gedicht. Er zit spitsvondige beeldspraak, modern taalgebruik en heel wat humor in verweven. En hoewel het epos zich in een lang vervlogen tijd afspeelt, slaagde Dykstra erin er een tijdloos, meeslepend verhaal van te maken.
Vooraan in het boek staat de stamboom van Toet en Amany. Meermaals moest ik tijdens het lezen teruggrijpen naar deze pagina. De namen van de personages en de familieverhoudingen zijn ingewikkeld en soms lastig te lezen. Wat dacht je van Neferneferoeaton of Neferneferoere? De stamboom biedt dan een handig aanknopingspunt. Achteraan in het boek vind je de kaart van het oude Egypte en een overzicht van goden, mensen en dingen die in het verhaal voorkomen. Aan het schrijven van dit verhaal moet heel wat studie en opzoekwerk vooraf gegaan zijn.
Voor wie graag ondergedompeld wil worden in het Oude Egypte: lees dit indrukwekkende boek (voor)!
Voorlezen of vanaf 13 jaar
Door Liesbeth Devriendt sinds 4 maanden en 3 dagen
Welk kind droomt er niet van om superkrachten te bezitten? Kunnen vliegen, onzichtbaar zijn of misschien wel over wonderlijke geneeskracht bezitten. In het steengoede boek Bliksemkind wordt Yoko geraakt door de bliksem en wanneer ze bijkomt, heeft ze een lotussteen in haar hand waarmee ze zieken kan genezen. Elke dag staan er rijen radeloze mensen voor de deur. Haar familie en het hele dorp zijn blij met de roem en met het geld dat binnenstroomt. Maar er heerst ook jaloezie en hebzucht en Yoko zelf wordt moe van al die kommer en kwel. Ze verlangt naar haar oude leven, naar haar beste vriendin en naar school. Wie zal er voor Yoko zorgen?
Niet alleen Yoko komt in het boek aan het woord. Ook haar broer Djadja, het rijstveld, het paardje, de steen zelf… omschrijven hoe zij de bovennatuurlijke gebeurtenissen ervaren. Deze verschillende perspectieven waarin ook voorwerpen hun ervaringen weergeven, zijn heel verrassend en verfrissend om te lezen.
Dit fascinerend verhaal wordt verrijkt met de fenomenale paginagrote illustraties van Martijn van der Linden. Ze scheppen een Aziatische sfeer die helemaal bij het verhaal past. De laatste tijd las ik heel wat boeken waarin hij voor illustraties zorgde (Zonder titel, Jefferson, Gelukkig en blij…) en in elk boek slaagt hij erin om een passende en levendige aanvulling bij het verhaal te bieden. Wat een veelzijdig illustrator!
Dat Hans Hagen een bekroond dichter is, kon hij in dit boek niet verstoppen. Het sprankelende taalspel klinkt heerlijk poëtisch en ritmisch. Met treffende beschrijvingen, korte, krachtige zinnen en veel witruimte leest dit magische verhaal lekker vlot weg.
‘In het echt kan veel, maar in verhalen kan meer’, zegt de meester in het verhaal. Dat maakten Hans Hagen en Martijn van der Linden in dit betoverende boek helemaal waar.
Nog een weetje: op de website van Hans Hagen las ik dat hij inspiratie voor dit pakkend verhaal haalde uit een krantenartikel over Ponari: een 9-jarige jongen uit Indonesië die mensen kon genezen met een steen en die door zijn familie uitgebuit werd.
Vanaf 9 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 4 maanden en 3 dagen
Dit grappige verhaal voor beginnende lezers speelt zich af in de dierentuin. Fox de vos stelt vast dat er bijna geen bezoekers meer komen en dat de dieren lui en loom zijn geworden. Raf de giraf ziet over de muur van de dierentuin dat er wél veel mensen in het pretpark bij de buren zijn. Fox heeft een idee om de mensen weer naar de dierentuin te lokken en om weer leven in het dierenpark te brengen. Wat volgt is een geestig verhaal over samenwerken en over creatieve oplossingen bedenken.
Eerste lezers die alle letters kennen en al redelijk vlot kunnen lezen, zullen dit vrolijke , dunne boekje met fijne tekeningen van Leen Van Durme zeker kunnen smaken en ze ervaren zo dat zélf lezen leuk en vermakelijk is!
Ben je op zoek naar andere boekjes voor eerste lezers? Dan vind je bij uitgeverij De Eenhoorn heel wat moois. Zo zijn de boekjes van Riet Wille en de strips Kito en Boris van Aimée de Jongh heel geschikt voor eerste lezers. Ook de reeks Tijgerlezen van uitgeverij Querido is een aanrader: boeken met een spannend, goed uitgewerkt verhaal, voldoende humor, rijke taal en knappe illustraties, geschreven door ervaren auteurs en met korte zinnetjes en eenvoudige woorden.
Auteur Frank Geleyn overleed begin 2023 op 63-jarige leeftijd. ‘De geeuw van een leeuw’ werd postuum uitgegeven.
Vanaf 7 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 4 maanden en 3 dagen
Enkele maanden geleden werd ik helemaal omver geblazen door Marco Kunst zijn rauwe, confronterende young-adult boek ‘Patroon’. Nu verslond ik in twee dagen zijn wondermooie nieuwste boek ‘Het touw en de waarheid’.
In het woord vooraf spreekt de auteur je als lezer rechtstreeks aan. ‘Heb je weleens de zon in zee zien ondergaan? Op zo’n warme zomeravond, zittend in het zachte zand, golfjes likkend aan het strand alsof het roomijs was, met laat licht als honing op het slaperige water?’ zijn de eerste zinnen van het boek. Ze zetten meteen de toon en scheppen een sprookjesachtige en betoverende sfeer.
Afwisselend maak je kennis met Kyra en Ylan. Kyra woont eenzaam op een eiland in het zuiden, waar ze stoffen verft in duizend kleuren. Rondom strekt de zee zich blinkend uit. Ylan woont op een rotseiland in het noorden. Hij zoekt er de waarheid, net als de andere monniken. Rondom is er niets dan klippen en golven. Kyra verlangt naar gezelschap en begrijpt dat ze moet vertrekken. Ze voelt zich alleen. ‘Niet zomaar een beetje alleen. Neen, moederziel en grootmoederziel verlaten.’ En Ylan gelooft niet langer wat de monniken beweren. ‘Hij heeft een gapende honger naar iets waarvan hij niet weet waar hij het zou moeten zoeken.’ Hij vlucht naar open zee. Allebei gaan ze het onbekende tegemoet. Allebei dragen ze een geheim met zich mee.
Wat volgt is een verhaal over eenzaamheid en verlangen, over verleden en herinneringen, over (zee)monsters, over keuzes maken, over je eigen waarheid schrijven of tekenen. Tijd en ruimte zijn onbepaald in het verhaal. Het zou zich eender waar op een eiland in een zee kunnen afspelen. Dat maakt het universeel en spreekt je verbeelding aan.
Het boek gaat ook over kleuren en mooie woorden. Kyra verft stoffen in prachtige kleuren (met ook prachtige namen: smaragd, scharlaken…) en Ylan verzamelt mooie woorden die hij opdeelt in strenge woorden, hoekig en scherp (zoals irrelevant, noodlottig…) & woorden die hem kriebels geven, die smaken naar meer (zoals kamperfoelie, parel…).
Woordkunstenaar Marco Kunst zet Ylan’s liefde voor mooie woorden prachtig neer. Alle lof voor zijn dromerige zinnen vol fantastische beeldspraak die zich als heerlijke touwen warm om je heen spinnen.
De kleurenpracht waar Kyra zo van houdt, werd door illustrator Jeska Verstegen prachtig weergegeven. Na elke twee tekstpagina’s volgt een expressieve illustratie die ook twee (!) pagina’s in beslag neemt. Het kleurenspel is prachtig! De illustraties bij het verhaal van Ylan zijn donker en een beetje dreigend. Die bij het verhaal van Kyra heel levendig en kleurrijk.
Het lezen van dit boek was als een wonderlijke reis. Zoals je tijdens een wandeling of roadtrip achter elke bocht versteld kan staan van de natuurpracht, ervaarde ik na het omslaan van elke pagina en het zien van al die woorden- en beeldenpracht ‘een klein gelukske’. Meermaals verscheen er spontaan een glimlach op mijn lippen of zuchtte ik ‘wauw’. Het is een boek dat vraagt om rustig, ongestoord en vredig van te genieten.
Een jeugdboek voor de oudere jeugd waarin woord en beeld ontroerend mooi samensmelten, dat kwam ik nog niet vaak tegen! Een pluim voor uitgeverij Lemniscaat dat zij de moeite namen om dit boek perfect vorm te geven. ‘Het touw en de waarheid’ is een opmerkelijk jeugdboek met een gouden randje. Om te koesteren!
Vanaf 10 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 4 maanden en 7 dagen
Ryan heeft zijn vader al drieënveertig dagen, acht uur en zeventien minuten niet meer gezien. Hij en zijn broer Vince missen hem. Ryan is ook verliefd op Rafaella maar durft niet met haar te praten.
Heb je na deze zeer korte omschrijving het idee dat dit een boek van één in een dozijn is? Wel, het tegendeel is waar!
Ryan (de ik-persoon) kijkt niet alleen op een verfrissende manier naar de wereld, ondanks dat die nogal wat barsten vertoont, hij beschikt ook over een grote portie verbeelding en geestigheid. Deze unieke stem van Ryan geeft het verhaal pit en punch.
Mijn sympathie voor Ryan, een soort antiheld, was groot. Ook de fantasie elementen in het verhaal -soms vergezocht maar daarom niet minder sprankelend- kon ik best smaken. Maar het slot kon niet helemaal overtuigen.
Toch overheerst vooral waardering voor de onbevangen vertelstijl van auteur Pepijn Lievens die hiermee zijn eerste jeugdboek publiceerde. Hij slaagt erin om absurditeit, fantasie en realiteit naadloos te verweven tot een verrassend verhaal. De originele cover van Lukas Verstraete zit boordevol kleine verwijzingen naar passages uit het verhaal. Fijne ontdekking, dit bijzondere boek.
Vanaf 9 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 4 maanden en 7 dagen
Mijn verwachtingen bij het lezen van dit boek lagen torenhoog. De Franse schrijver Jean-Claude Mourlevat ontving voor Jefferson immers de Astrid Lindgren Memorial Award, de officieuze Nobelprijs voor de jeugdliteratuur. Vanaf de eerste pagina was ik verkocht. Wat een verrukkelijk boek vol briljante beschrijvingen en heerlijke details! Ook een pluim op de hoed van Lies Lavrijsen en Els Dumez-Blocken voor het knappe vertaalwerk.
Jefferson wordt onterecht beschuldigd van de moord op kapper Edgar. In paniek slaat hij op de vlucht maar zijn beste vriend Gijsbert overtuigt hem om samen op onderzoek te gaan om de echte dader te ontmaskeren. De speurtocht van de twee heldhaftige vrienden ontaardt in een doldwaas avontuur vol netelige situaties en een opwindende ontknoping.
Tot zover het zoveelste Wietse-scenario of Agatha Christie-verhaal, ware het niet dat Jefferson een egel is, Edgar een das en Gijsbert een varken. De karakters van deze vermenselijkte dieren zijn schitterend uitgewerkt. De kleine kantjes van de mens worden uitvergroot en met humor neergezet. Zonder te veel over de ontwikkelingen van het verhaal kwijt te geven, kan ik wel verklappen dat de verhouding mens en dier op verschillende manieren doorheen het hele verhaal verweven zit.
Ik las Jefferson ook voor voor de klas (een bonte bende 10- en 11 jarige jongens en meisjes). De mix van spanning, humor en avontuur maakt van dit boek het perfecte voorleesboek. (Voor)leesplezier gegarandeerd!
Vanaf 9 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 4 maanden en 7 dagen
We lazen het hilarische en hoogst originele 'Old Man's War' van John Scalzi dolgraag, waren net iets minder onder de indruk maar desalniettemin tevreden over het fijne 'Red Shirts' en begonnen net met gretige goesting aan de goed ontvangen 'Interdependency-trilogie' van de productieve en meermaals genomineerde én bekroond science-fiction schrijver.
John Scalzi is een meester in snelle, doordachte scifi doorspekt met humor en actie. In boek 1 van de Interdependency-trilogie is dat niet anders, maar toont hij zich vooral meester in het schetsen en uitwerken van politieke intriges.
Wanneer de keizer (emperox) van het universum overspannende menselijke 'Interdependency-rijk' (alle menselijke nederzettingen doorheen het heelal zijn van elkaar afhankelijk omdat ze allemaal economische monopolies hebben op noodzakelijke behoeftes) overlijdt, moet zijn onvoorbereide stiefdochter hem opvolgen en ruiken andere partijen hun kans om die macht naar zich toe te trekken. Tegelijk ontdekt een wetenschapper iets wat de toekomst van de mensheid op losse schroeven zet.
Een uitgangspunt waarmee Scalzi gretig aan de slag gaat om intriges uit te werken, conflicten op de spits te drijven en opportunistische machinaties achter de macht bloot te leggen. Je bent snel mee met de personages, wordt gaandeweg ongemakkelijk door de opgebouwde spanning en laat je als lezer graag meeslepen in de snelle ontwikkelingen die Scalzi voorschotelt.
Gratuit en vrijblijvend is de trilogie niet: de linken met de klimaatcrisis, de politieke instabiliteit en de manier waarop het beleid en sommige opiniemakers daarvoor de kop in het zand steken zijn legio.
Graag en aan een vlot tempo gelezen, benieuwd wat deel 2 en 3 gaan brengen.
Door Gert De Bie sinds 4 maanden en 9 dagen
Wauw.
Zelden lazen we een boek met een titel die zo mooi en treffend de lading dekt en nooit lazen we zo graag al dan niet gefictionaliseerde biografische portretten die zo dicht bij de kern van hun onderwerp komen als in dit bijzondere boek. Een originele opzet die uitmuntend uitgevoerd werd.
In 'But Beautiful: A book about Jazz' schetst Geoff Dyer 7 portretten van grote namen uit de jazzgeschiedenis (Lester Young, Thelonious Monk, Bud Powell, Ben Webster, Chet Baker, Art Pepper en Charles Mingus) en wisselt die portretten af met een doorlopend relaas uit de legendarische roadtrips van Duke Ellington & Harry Carney.
Geoff Dyer streeft niet naar een historische opsomming van feiten of een biografisch levensoverzicht, maar zoekt in al dan niet geficitionaliseerde scènes uit de muzikanten hun bestaan naar de kern van hun wezen, de vonken van hun creativiteit en de tragiek aan de keerzijde van de medaille.
Daarin komt de titel mooi uit de verf: 'But beautiful' verwijst naar de schoonheid, de passie en de intensiteit van de muzikale erfenis van de beschreven jazzgrootheden, terwijl de beschreven scènes vooral focussen op de tragiek van hun levens: verslavingen, agressie, veroordelingen, de onmogelijkheid om relaties aan te gaan, ...
Geoff Dyer laat de muzikanten aan het woord via historisch gedocumenteerde quotes, verantwoordt de uitgewerkte scènes door encyclopedisch en historisch opzoekwerk, maar liet zich vooral inspireren door foto's en beelden uit hun levens. Dat geeft hem de nodige vrijheid om de scènes literair uit te werken en de klemtonen te leggen waar hij zelf wil.
De timide zachtheid van Chet Baker, de woeste, muzikale, verbale of fysieke agressie van Charles Mingus, het alcoholmisbruik van Lester Young, de schizofrenie/psychose van Bud Powell en de machteloze muzikant die daar uit groeit: allemaal brengt hij het met veel mededogen en respect voor mens en muzikant in beeld.
Dat maakt van But Beautiful een erg bijzonder boek: tragisch maar mooi, intens en vlot leesbaar, triest en leerrijk en zelden had ik het gevoel zo dicht bij de essentie te komen van beschreven lezers. Hoed af.
Door Gert De Bie sinds 4 maanden en 9 dagen
In Babel-17 speelt Samuel R. Delany een boeiend spel met zijn personages én de lezer over de mogelijkheden van taal.
Het
leger pikt tijdens een intergalactische oorlog verschillende
conversaties in Babel-17 op rond het tijdstip dat er enkele
sabotagedaden gepleegd worden. Wat oorspronkelijk als een code gezien
wordt, blijkt een taal te zijn, ontdekt taalspecialist en dichter Rydra
Wong die er door het leger wordt bij geroepen. Gaandeweg bouwt Delany
verder op hetgeen een taal zegt over haar sprekers, en de mogelijkheid
van taal om de werkelijkheid te scheppen.
Het was dat aspect dat
ons erg boeiend leek (en ook tijdens het lezen boeide) en waaraan
Delany heel de plot van zijn boek ophangt. (Enig opzoekwerk leert ons
dat het blijkbaar om de Sapir–Whorf hypothese gaat, die zegt dat de
structuur van taal het wereldbeeld van de spreker beïnvloedt) (dat
leerden we dan ook weeral bij).
Enfin: een goed uitgangspunt en
een degelijk geschreven boek maar het voelde hier en daar wat oubollig
aan en de manier waarop Delany de hypothese verder uitwerkt, vonden we
niet helemaal overtuigen. Dan is wat Ted Chiang daar mee aanving in 'Het
verhaal van jouw leven' (verfilmd als Arrival) in zijn
kortverhalenbundel 'De verhalen van jouw leven en anderen', een pak
indrukwekkender.
Dat Babel-17 in 1967 de Nebula Award voor beste
roman deelde met het ronduit schitterende 'Flowers for Algernon' van
Daniel Keyes deed ons helemaal van onze stoel vallen: het niveau van dat
laatste boek ligt een pak hoger.
Door Gert De Bie sinds 4 maanden en 20 dagen
Scheiding van goederen is het debuut van cultauteur Roger Van de Velde waarvan het manuscript (correctie: de typografie) jarenlang in Het Letterenhuis lag te wachten op een uitgever. Dank aan uitgeverij Vrijdag om dit boek zo'n 70 jaar nadat het geschreven werd alsnog tot bij lezers te brengen.
Scheiding van goederen is het relaas van een huwelijk, uitgeschreven door vader Albert, omdat hij het belangrijk vindt dat zoon Max de ware toedracht en context van de feiten kent.
Op vijftigjarige leeftijd stapt Albert alsnog in het huwelijksbootje: met Angèle, weduwe met twee kinderen. Een huwelijk dat de 140 bladzijden die er aan gewijd zijn meer dan waard is.
Van de Velde schrijft in een heldere stijl - je proeft vleugjes Elsschot - en heeft een heerlijk taalgebruik, waarin je ook de verwantschap met grote Van de Velde-fan Erik Vlaminck herkent.
Grappig dat je nadien in het nawoord leert dat Van de Velde een rechtstreekse lijn met Elsschot had, zijn stiefvader werkte immers op het reclamebureau van Willem Elsschot en Elsschot heeft zich over het manuscript van Scheiding van goederen ontfermt.
Een heerlijk boekje, vol straffe zinnen, voldoende vaart en met heel wat humor, als is die soms zwart. Sterk genoeg van opzet om de tand des tijds te doorstaan, hier en daar ietwat ouderwets, maar dat voegt eerder charme toe, dan dat het iets tekort doet. Grote meneer blijft dat, die Van de Velde!
Door Gert De Bie sinds 4 maanden en 20 dagen
Geloven in het wild is een bijzonder boekje: soms fragmentarisch, soms verhalend, dikwijls overpeinzend, beschouwend en filosofisch, maar bijna altijd even ongrijpbaar als de gebeurtenis die er aan ten grondslag ligt.
Als antropologe zoekt Nastassja Martin steeds vaker haar grenzen op, fysiek en mentaal, en verblijft ze lange tijd bij de Evenen in de wouden op het Russische schiereiland Kamtsjatka. Op een dag loopt een ontmoeting met een beer bijna fataal af: Martin wordt in het aangezicht gebeten, weet de beer te verjagen en overleeft ter nauwer nood.
'Geloven in het wild' is het relaas van de verschillende visies op haar herstel in het Westen en Rusland, maar meer nog een onderzoek naar de plaats die haar ontmoeting met de beer in haar denken en dat van haar omgeving krijgt.
Dat onderzoek gaat over grenzen: die tussen natuur en cultuur, die tussen mens en dier, tussen feit en fictie, tussen vertrouwen en wantrouwen.
Dat maakt de fascinerende, beklijvende en ongrijpbare basis van dit boek uit: is de ontmoeting met de beer iets wat haar fysiek of ook mentaal tekent? Draagt ze sindsdien iets van de beer met zich mee en de beer ook van haar? En hoe gaat haar omgeving daar mee om?
Haar speurtocht levert geen antwoorden op, maar stelt fascinerende vragen, creëert intrigerende bedenkingen, werpt confronterende overpeinzingen op en laat de lezer achter met mystiek die stevig met beide voeten in de aarde is verankerd. Uniek.
Door Gert De Bie sinds 4 maanden en 26 dagen
De betere pulp-fictie, me dunkt.
Een auteur die er in slaagt ons bijna 1000blz op minder dan 14 dagen te laten lezen, die ons aan onze stoel gekluisterd houdt, die de spanningsboog in een vuistdik boek strak weet te houden en daarbij nooit uit het oog verliest dat je plotlijnen in je boek altijd een maatschappelijk relevant sausje kan geven - al is het nog zo dun - die mag met een dikke proficiat beloond worden.
Of je na de volgende zin nog mee bent, weet ik niet, maar ik vind het heerlijk hem alvast aan te kondigen en, hoewel overdrijving een stijlfiguur is die we graag hanteren, is er geen woord van overdreven, al stellen we hem lekker scherp.
Carrion Comfort draait rond een groepje (Nazi)-geest-vampieren, die de mogelijkheid hebben om de geest van gewone mensen in hun greep te nemen en hen alles te laten doen wat ze willen. De Joodse psychiater Saul Laski wist tijdens de Tweede Wereldoorlog aan de greep van één van hen te ontsnappen en jaagt hem zijn leven lang na. Nu de geest-vampieren zinnens zijn hun kleine spelletjes op te geven en de wereld zelf als schaaktoneel voor hun mogelijkheden te gebruiken, komt het tot een confrontatie.
Carrion Comfort is sappig, met veel vaart geschreven, ambitieus van opzet en soms wat grotesk, maar gaat nooit uit de bocht, stuurt rechttoe, rechtaan aan op een gigantische slotconfrontatie en staat meer dan degelijk op zijn poten.
Carrion Comfort is die dikke, goed gebakken lap spek op een ontbijtbuffet vol vers fruit, meergranenbrood en uitgebalanceerde mixen granola: je weet wel waar je op lange termijn het meest aan hebt, maar grijpt gretig naar die lap spek om het vet van je lippen te kunnen lekken. En morgen zien we wel weer: dat madeleineke van Proust ligt er dan ook nog wel.
Door Gert De Bie sinds 4 maanden en 28 dagen
In 2020 (corona, weet je nog?) nam het gezin van Brenda Froyen een hond, een tollerpup. Ze doopten hem Wifi. En wat bleek? Net zoals de internetverbinding onmisbaar was in coronatijden, bleek ook de hond Wifi onmisbaar voor het gezin. De drie broers Zen, Lom en Jip beleefden heel wat leuke avonturen met hun ‘vierde broer’ Wifi. En hun mama - Brenda Froyen - schreef verhalen over al die dolle belevenissen. Die verhalen werden gebundeld in twee boeken: ‘Een jaar met Wifi’ en ‘Wifi en de broers’. Elk boek bevat ongeveer 20 herkenbare verhalen. De titel van elk verhaal begint met ‘Toen Wifi…’ (Toen Wifi een propper was, Toen Wifi alle schoenen had gestolen…). Dat zorgt voor een fijne samenhang.
De verhalen zijn grappig en vaak gebaseerd op misverstanden: Wifi plast waar hij niet mag plassen, Wifi begrijpt niet dat je geen bh aan de burgemeester mag geven… Uit de kapoenenstreken en ondeugendheid van zowel Wifi als de broers spat heel wat humor. De verhalen zijn ook zeer herkenbaar. Welk kind droomt niet van een hond (of poes of konijn of…) als huisdier? Ook de thema’s liggen dicht bij de leefwereld van kinderen: corona, klimaatopwarming, gamen, ramadan… Blinken alle verhalen uit in originaliteit? Neen, het ene verhaal is al rijker en origineler dan het andere. Maar ze blinken wel uit in herkenbaarheid en guitigheid.
De avonturen van Wifi worden geschreven vanuit kinderperspectief; het is zoon Zen die de belevenissen vertelt. Dit zorgt voor een eenvoudige en herkenbare vertelstijl. Soms neemt de volwassen verteller het even over om een moeilijk woord (bv. administratie) uit te leggen. Af en toe voelt dat wat betuttelend of belerend, maar het zal de jonge lezer (of luisteraar) niet storen, net omdat de vertelsels doorspekt zijn met woordgrapjes, humor en een lieflijke sfeer.
Dit vrolijke boek is fijn om voor te lezen maar het kan ook kinderen die nog niet zo lang zelf lezen veel leesplezier bezorgen. Het lettertype is duidelijk en niet te klein, er staan weinig moeilijke woorden in en de verhalen zijn niet te lang (4 à 5 pagina’s). De luchtige illustraties van Marloes De Vries sluiten mooi aan bij de ongedwongen sfeer van het boek.
Het allerfijnste aan deze boeken is dat Wifi en de broers écht bestaan en dat je hen kan volgen op sociale media. Wifi heeft een eigen Instagramprofiel en een TikTok-account (@wifi_en_debroers)! Op de website van Standaard Uitgeverij vind je lessuggesties om met het boek aan de slag te gaan in de klas. En je kan Brenda én Wifi uitnodigen op school. Een echte aanrader!
Vanaf 7 jaar
Door Liesbeth Devriendt sinds 5 maanden en 9 dagen
Kleffe geschiedenisweetjes, jaartallen en objectieve feiten konden me nooit echt boeien. Maar de verhalen achter al die levens, de gevoelens en wensen van de jongens en meisjes die in andere tijden ‘mens waren’, het universele verlangen van de mens om zijn eigen leven in handen te nemen, hoe het leven wàs tijdens de oorlogen, tijdens de pestepidemie… dàt vind ik enorm boeiend. Historische verhalen zijn dan ook vensters naar lang vervlogen tijden. De boeken van Thea Beckman heb ik verslonden in mijn jeugd: de dappere Hasse uit ‘Hasse Simonsdochter’ en Marije uit ‘Geef me de ruimte’ namen me mee terug in de tijd.
Ik ben ook gefascineerd door boeken met een wisselend vertelperspectief zoals ‘Het meisje en de soldaat’ (Aline Sax), ‘Allemaal willen we de hemel’ (Els Beerten) en ‘Alaska’ (Anna Woltz). Als lezer afwisselend in het hoofd van een ander personage kruipen is zo verrijkend en boeiend.
Onlangs las ik IJzerkop: een meeslepend historisch verhaal mét een afwisselend vertelperspectief. Jieha, de perfecte match! 362 pagina’s lang nam het boek mij mee naar 1808, naar Stans en haar broer Pier. Stans - een ietwat rebels, grofgebekt en brutaal achttienjarig meisje - wil de wereld zien. Haar innerlijke drang naar avontuur moedigt haar aan om - na een gedwongen huwelijk - haar man te ontvluchten en zich - verkleed als jongen - aan te sluiten bij het leger van Napoleon. Haar broer Pier - goede student en ietwat onderdanig - krijgt de opdracht Stans terug te halen. Wat volgt is een spannend, filmisch en ijzersterk verhaal dat leest als een trein.
Ik las het boek ook voor aan onze tienjarige zoon Stan: bijna-naamgenoot van Stans, even eigenzinnig, ook af een toe een keikop (of ijzerkop). Ook hij was fan van IJzerkop: “Ik vond het boek supergoed omdat je je er perfect in kunt inleven. Ik begreep de gedachten van Stans en ik begreep waarom ze niet wilde doen wat de anderen van haar verwachtten. Ze is soms ondeugend, bijvoorbeeld toen ze een peper in een paard zijn kont stak. Ik vind het een aanrader omdat het niet gewoon een boek is van niks maar één waar pit in zit.”
Van Rijckeghem zet in al zijn historische verhalen meisjes die betekenis willen geven aan hun eigen leven op de voorgrond. Reeds in veel van zijn titels (Jonkvrouw, Galgenmeid, Onheilsdochter) blijkt die voorliefde voor meisjes als hoofdpersonage. Op 16 mei 2023 gaf van Rijckeghem de Annie M.G. Schmidtlezing ‘tijdreizen en bouillonblokjes’. Hij vertelde dat hij niet helemaal weet waarom hij bijna altijd verhalen schrijft vanuit vrouwelijke hoofdpersonages. Maar hij verwees naar Marije in ‘Geef me de ruimte’ van Thea Beckman: een hoofdpersonage met een eigen willetje. Ook van Rijckeghems’ liefde voor jeugdliteratuur ontsproot bij Thea Beckman.
In deze heerlijke lezing (een aanrader om te beluisteren of te lezen) vertelt van Rijckeghem hoe hij als kind helemaal niet van boeken hield, maar de smaak te pakken kreeg via strips over antihelden. Hij vertelt hoe hij er toe kwam historische romans te schrijven en benadrukt het belang van voorlezen: aan kinderen maar ook aan adolescenten en volwassenen. Er is geen betere manier om jongeren van boeken te doen houden. Want ‘lezen is delen’ (zoals Kathleen Vereecken schreef in het wonderschone Margriete). En laat IJzerkop nu net een prachtig boek zijn om voor te lezen (of om zelf te lezen natuurlijk)!
Ijzerkop werd in het Engels vertaald en werd bekroond met heel wat prijzen.
Door Liesbeth Devriendt sinds 5 maanden en 9 dagen
Hoera, er verscheen een nieuwe poëziebundel voor jongeren geschreven door taalvirtuoos Edward van de Vendel! De prachtige illustraties van de hand van Martijn van der Linden maken dit boek tot een pareltje. Van deze makers verscheen eerder het indrukwekkende ‘Wat je moet doen als je over een nijlpaard struikelt. Gedichten waar je wat aan hebt': een poëzieboek dat qua originaliteit bijna niet te overtreffen valt, maar ook in hun tweede samenwerking zetten beide heren opnieuw een heus taalfeestje neer.
Ook ‘Gelukkig en blij’ zit vol unieke gedichten waar je wat aan hebt. Ze komen uit de gedachten, bekken en snavels van de dieren die in zorgboerderij ‘Gelukkig en blij’ wonen; de zes ezeltjes Berrie, de katten Hannes en Hassan, de koe Gouden Roos…. De gedichten lezen bijna als een verhaal, doorheen de seizoenen, over het leven op de zorgboerderij.
In eerste instantie werd ik gewoon gelukkig en blij van zoveel sprankelende taal. De gedichten bulken van de zinnen die de zon op je gezicht toveren: ‘Bedenk het en je bent het, gelukkig en blij. Slingers voor jou en slingers voor mij.’ of ‘Ik ga het roze uit de horizon vangen en dat als een dekentje om de wereld heen hangen.’ of ‘Vinden ze jou ook soms vreemd of apart? Dan ben jij waarschijnlijk van de wereld het hart.’ Maar daarnaast zijn ook de onderliggende thema’s van de gedichten erg rijk en warm. De dieren van de zorgboerderij denken na over fake news, over ontdekken wie je werkelijk bent, over veranderingen, over de dood, over gezien worden, over het belang van een naam…
Dit boek is een ode aan mens en dier, aan de gewonigheid (als alles zo spannend hetzelfde mag zijn) en aan een open blik (iedereen draagt de kosmos in zijn gezicht)!
Door Liesbeth Devriendt sinds 5 maanden en 9 dagen
De Nederlander Pim Lammers bundelde in dit kleurrijke boek hedendaagse gedichten over families, traditioneel en minder traditioneel. Over de veilige plek die een familie hoort te zijn, ongeacht hoe die familie eruit ziet. Over bijzondere familieleden en over de bijzondere band met die familieleden. Over ruziënde ouders, een nonkel in een rolstoel, een verliefde zus, een neef met make-up, een blinde tante, een nonkel die jurken draagt…
Dit boek lees je met een nieuwsgierige blik en daagt je uit om op een andere manier naar de dingen te kijken. Vaak zit er een twist in de gedichten. Soms zijn de onderwerpen moeilijk (bv. het ontroerende gedicht ‘Opa’), maar steeds is de ondertoon warm.
De eigenzinnige illustraties van Sarah van Dongen konden mij in eerste instantie minder bekoren. Maar hoe meer ik op de details lette, hoe meer ik ze kon appreciëren. Sarah van Dongen portretteert mensen even divers als dat Lammers ze omschrijft. De bontgekleurde stijl past bij de gedichten. Soms heb je de illustraties nodig om het gedicht beter te begrijpen. Al laten ze ook veel ruimte voor verbeelding.
Lammers was met deze bundel niet aan zijn proefstuk toe. Hij schreef in 2017 het lieflijke ‘Het lammetje dat een varken is’, een prentenboek dat (trans)gender met kinderen bespreekbaar maakt. In 2018 kwam ‘De boer en de dierenarts’ over homoseksuele verliefdheid. Na deze bijzondere prentenboeken werd Pim Lammers zowat het boegbeeld van de openheid rond gender en identiteit in de jeugdliteratuur. In 2022 verscheen dan zijn eerste poëzieboek ‘Ik denk dat ik ontvoerd ben’.
Maar in het voorjaar van 2023 kwam hij in het oog van een storm terecht. Hij werd onterecht beschuldigd van het verheerlijken van pedofilie. Die beschuldigingen kwamen uit extreem-rechtse en christelijk-conservatieve hoek, naar aanleiding van een kortverhaal over de relatie tussen een tiener en zijn voetbaltrainer, dat hij in 2015 schreef. Hij kreeg heel veel bagger en zelfs (doods)bedreigingen over zich heen.
Van veel meer mensen kreeg hij hierna openlijk steun. Het belang van literaire vrijheid, van de dingen in hun context bekijken, van een open blik en van verdraagzaamheid werd van de daken geschreeuwd. En net dat is wat ik meeneem uit de gedichten van Pim Lammers.
Vanaf 8 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 5 maanden en 9 dagen
Yorick Goldewijk brak eerder potten met 'Films die nergens draaien' maar slaat met Duizend & ik, een verhaal dat in zijn prille vorm al 20 jaar in de schuif van de auteur lag, een andere weg in.
Duizend & ik is een dystopie in zuivere vorm waarin hij de lezer meeneemt naar Surdus, een monotone, omwalde stad, waar 8 tussen ontiegelijk vele andere, identieke meisjes wordt voorbereid op een dienstbaar leven, overzee bij de bezielden.
'Luister, gehoorzaam, volg.
Betwijfel niet, aarzel niet, bevraag niet.
Wees behulpzaam en ondergeschikt.
Onderwerp je aan de wil van de bezielden.'
Routineus, rigoureus en op straffe van beëindiging worden de meisjes klaargestoomd voor hun verdere, dienstbare leven.
In een vlotte stijl, met behapbare paragrafen en overzichtelijke hoofdstukken, verhaalt Goldewijk gestaag het anders zijn van 8, haar ontmoeting met 1000 en de onontkoombare conclusie dat ze aan haar bestaan in Gurdus moet ontsnappen.
De zinnen zijn schoon, de taal helder en de plot - die de juiste vragen oproept, zonder teveel antwoorden te laten liggen - verrassend en goed uitgewerkt. Prima boek dit: vlot lezend, meeslepend, toegankelijk maar niet vrijblijvend.
13+
Door Gert De Bie sinds 5 maanden en 20 dagen
Een boek met alleen maar lijstjes?
Die uitsluitend over boeken of literatuur gaan?
Zonder enige logica?
(Buiten het feit dat de samensteller vond dat ze in het boek moesten?)
Yep. En we hebben zelden met zoveel plezier lijstjes gelezen.
Eliot's Book of Bookish Lists is niet meer en niet minder dan wat het belooft: 162 bladzijden lijstjes met een literaire link geselecteerd door Henry Eliot.
Van een opsomming hoe de Griekse helden in tragedies om het leven kwamen, via een lijst schrijvers die zelfmoord pleegden, naar wat Rupsje Nooitgenoeg allemaal at tot boeken over toekomstige jaren die inmiddels al voorbij zijn en de opsomming van de ingrediënten uit een recept in Shakespeare's Macbeth: Henry Eliot heeft ze opgelijst en gepubliceerd.
Dat er geen logica is, buiten de selectie van Eliot zelf, maakt van Eliot's Book of Bookish Lists een amusant, verrassend en inspirerend boekje voor iedereen die van boeken en literatuur houdt. Sommige lijstjes zijn hilarisch, andere fascinerend, nog andere confronterend, bevreemdend of gewoon cool. Sommige kort, andere lang. Sommige gewichtig andere vederlicht.
U rolt van de ene verrassing in de andere, hebt geen enkel idee wat het volgende lijstje zal zijn en poetst tussendoor uw literatuurgeschiedenis, taal- en boekenkennis op.
Wat wilt u nog meer? Als u ook maar enigszins van boeken houdt, moet Eliot's Book of Bookish lists op uw toilet liggen. (We wensen u dan zelfs een milde en pijnloze vorm van buikloop toe; u gaat nog nooit zo graag terug naar het kleinste huisje gerend zijn.)
Stiekem favorietje. Absoluut herleesbaar ook.
Door Gert De Bie sinds 5 maanden en 21 dagen
Wat een fijne verrassing en aangename leeservaring, dit boek uit 1995
van de Duitser Andreas Eschbach. Ik geef - louter voor een plezier -
meteen even de Duitse titel mee: Die Haarteppichknüpfer.
Tot zover de achtergrondinfo.
The
Hair-Carpet Weavers is een goed geschreven en boeiende caleidoscopische
vertelling over het leven op een planeet waar heel het bestaan draait
rond wevers die tapijten knopen van het haar van hun vrouwen, bijvrouwen
en dochters. Het werk is zo minutieus dat ze er heel hun leveren aan
opofferen en met wat geluk 1 tapijt klaar krijgen, waarna hun zonen met
de opbrengst van de verkoop ervan de stiel verder zetten.
Door
los met elkaar verbonden blikken op de samenleving uit te werken in
verschillende hoofdstukken (de ene keer die van een haartapijtwever, dan
die van de dochter van een tapijtopkoper, dan die van een jurist of een
soldaat op een andere planeet,...) weeft Eschbach een intrigerend web
van vertelling waardoor je als lezer mateloos gefascineerd raakt. Hoe
verder het verhaal vordert, hoe minder grip je er op krijgt en hoe meer
je je afvraagt hoe de auteur al die losse eindjes nog aan elkaar zal
kunnen knopen.
Maar dat doe Eschbach feilloos, in een plot
waarover wel wat te zeggen valt, maar alleszins niet dat hij niet
perfect alle voorgaande puzzelstukjes in elkaar laat passen. Graag
gelezen en aangenaam verrassend.
Door Gert De Bie sinds 5 maanden en 21 dagen
Lynn Berger schrijft een relevant en helder pleidooi om onbetaald werk
meer te waarderen en op te nemen in de statistieken zodat
maatschappelijke/economische keuzes er ook rekening mee houden.
Helder
toont ze aan hoe het kapitalisme alleen kan functioneren/floreren
dankzij heel wat onbetaald werk: het huishouden, voor kinderen zorgen,
mantelzorg, ...
De man-vrouw verhoudingen in onze maatschappij
gekoppeld aan deeltijds werk vormt de basis van het patroon waarop dit
onbetaald werk verdeeld en gewaardeerd wordt;
Helder en zinvol,
maar Berger had links en rechts haar punten wat dieper mogen uitwerken
én het lijkt me voor De Correspondent zinvol om de focus voor dit soort
essay ook breder dan Nederland te leggen en ook cijfers van andere
landen mee in het verhaal te betrekken.
Ook de visie op onbetaald
werk zelf had breder gekund: wat met sociaal, cultureel en ander
vrijwilligerswerk, jeugdorganisaties zoals Chiro, Scouts, ....
Enfin: prikkelend en absoluut zinvol, maar het had sterker gekund.
Door Gert De Bie sinds 5 maanden en 21 dagen
Een klassieker schept verwachtingen, en die lost Het einde van de relatie bijna allemaal in.
In een goed geschreven, sterk opgebouwd en meerlagig verhaal, biedt Graham Greene een unieke inkijk in de menselijke ziel.
Als auteur Maurice Bendrickx Sarah Miles, de vrouw van de gedreven maar saaie ambtenaar Henry Miles, ontmoet, worden de twee smoorverliefd en ontstaat een stiekeme relatie. Bendrickx blikt bij aanvang van het boek terug op die relatie, die 2 jaar eerder plots afliep, na een passionele nacht die gefnuikt werd door een bombardement van de Duitsters waarbij Bendrickx bijna het leven liet.
Greene geeft de lezer meteen heel wat informatie, maar het fijne van het einde van de relatie kom je maar bij mondjesmaat te weten. Als geen andere schetst hij de kronkels van de menselijke geest, de - soms irrationele - handelingen van verliefde zielen en de gecompliceerde sociale interacties in de driehoeksrelatie.
Het eind van de relatie is zo een boek dat soms tot de kern van het menselijk bestaan weet door te dringen en ons een blik probeert te gunnen op onze innerlijke beweegredenen en onze onzekere en wankele staat van zijn.
Bij de publicatie van 'The end of the affair' was het al een publiek geheim dat het boek gebaseerd was op de relatie die Graham Greene had met Lady Catherine Walston, de echtgenote van Henry Walston, landeigenaar en politicus, wat het boek met extra pit overgiet.
Knap.
Door Gert De Bie sinds 5 maanden en 25 dagen
De voorlaatste behoort volgens ons niet tot de betere boeken uit de Donkere Toren reeks, maar niettemin hebben we hem gretig verslonden. Als het paard de stal ruikt...
We herinneren ons een vlot begin; onze innige band met de personages na zoveel avonturen en vooral na het straffe 'Wolves of the Calla' zal daar zeker voor iets tussen gezeten hebben. Song of Susannah start in diezelfde sfeer, wordt relatief verrassend op gang getrokken en de verhaallijn van de scherpschutter en zijn posse heeft natuurlijk nog steeds voldoende spanningsboog om ons aan het boek gekluisterd te houden.
Helaas herinneren we ons ook een plotlijn waar we maar geen grip op kregen ook al kregen we er van de auteur behoorlijk wat uitleg over. We herinneren ons bovendien dat King naar metafictie grijpt, dat behoorlijk goed doet (al vonden we het wat voorspelbaar) maar dan uiteindelijk toch nog met een flinke verrassing voor de dag kwam.
Over de hele lijn blijft The Dark Tower een straffe reeks, met soms maffe, soms verrassende en dikwijls spannende plotlijnen die zelden voorspelbaar of voor de hand liggend zijn.
Dus zonder aarzelen op naar dat laatste deel. We zijn benieuwd hoe en of Stephen King de losse eindjes aan elkaar knoopt en hoe, of en wanneer Roland de Donkere Toren vindt.
Door Gert De Bie sinds 6 maanden en 1 dagen
Ooit al van een ridster gehoord? Een ridster op een stalen ros, met harnas, zwaard én een GSM? Neen? Dan is het hoog tijd om in dit heerlijke boek kennis te maken met ‘de dappere ridster’: avontuurlijk, onbevreesd en heldhaftig. Ze fietst vol vaart en plezier doorheen 11 verhalen waarin ze een ontsnapte leeuw terug naar de dierentuin brengt, een gestolen schilderij vindt, een handtasdief bij de lurven vat of een loslopend standbeeld terug op z’n sokkel zet.
Met bruisende taal, grappige wendingen, verfrissende personages en weerkerende uitspraken van de ridster tovert Janneke Schotveld een modern sprookjesboek uit haar hoed. Zoals het een echt sprookje betaamt, eindigt elk verhaal met eenzelfde zin: ‘Ze steeg weer op de fiets en ging op pad. Want een ridster heeft altijd wat te doen’. Het prikkelt de goesting om in het volgende avontuur van deze heldin te duiken. Milja Praagman zorgde voor de uitstekende illustraties die de verhalen verrijken.
Het boek zit boordevol diversiteit en gaat in tegen stereotypen: een vrouwelijke ridder, een homoseksuele bakker, een prins met een andere huidskleur, een angstige man, ... een verademing in jeugdboekenland!
Op zoek naar een grappig (voorlees)boek met een knipoog? Dan is ‘de dappere ridster’ prima spek voor je bek!
Door Liesbeth Devriendt sinds 6 maanden en 1 dagen
Toen orkaan Sandy in de herfst van 2012 de Verenigde Staten trof, woonde schrijfster Anna Woltz in New York. Dagenlang zwierf ze door Manhattan op zoek naar warmte, eten en stopcontacten. ‘Toen het licht weer aan ging’, begon ze aan dit boek: Honderd uur nacht. Haar eigen avontuur in New York gebruikte ze als inspiratie voor deze filmische en spannende jeugdroman over vier bijzondere jongeren die zich samen voorbereiden op de storm van hun leven.
Het 14-jarige meisje Emilia December de Wit ontdekt iets schokkends over haar vader, een schooldirecteur. Zonder dat iemand het weet, vliegt ze in haar eentje naar New York om haar familie en de school in Nederland te ontvluchten. In New York blijkt de kamer die ze gehuurd heeft niet te bestaan. Ze dwaalt alleen rond in de grote stad op zoek naar onderdak. Die vindt ze bij Seth en zijn zusje Abby. Als orkaan Sandy richting New York dendert, komt ook de knappe overbuur Jim in hun ‘orkaanasiel’ wonen. Terwijl de storm buiten raast, probeert Emilia om te gaan met haar eigen storm.
De korte inhoud lijkt misschien wat gekunsteld, maar het plaatje klopt en het boek sleept je mee als een razende orkaan: de verhaallijnen vloeien moeiteloos in elkaar en de spanningsboog staat strak. Beetje bij beetje kom je te weten wat er in Nederland met de vader van Emilia - een eigenzinnig meisje dat last heeft van smetvrees - gebeurde en waarom Emilia haar omgeving ontvluchtte. Ook maak je kennis met de vijftienjarige Seth en zijn dappere negenjarige zusje Abby die hun vader verloren en met schoolverlater Jim, die lijkt op een filmster en die gekwetst is aan zijn hand. Al die kleine levens komen samen in dé stad der steden tegen de achtergrond van de storm Sandy. Die zet het leven helemaal op z’n kop zet en dwint de inwoners om back to basic (zonder elektriciteit, zonder internet…) op elkaar terug te vallen.
Al een hele tijd ben ik fan van de wervelende schrijfstijl van Anna Woltz. Bijzondere ontmoetingen die de aanleiding voor opwindende avonturen zijn haar handelsmerk. Ook de andere boeken van Woltz (Gips, Alaska, De tunnel, Mijn bijzonder rare week met Tess…) zijn één voor één aanraders. Het is jeugdliteratuur van de beste soort.
12+
Door Liesbeth Devriendt sinds 6 maanden en 1 dagen
Zo, de zesde en meest lijvige titel uit de Donkere Toren-reeks is achter
de kiezen (The Wind Through the Keyhole lazen we tussendoor, vandaar
dat nr5 onze 6de titel is).
Weer weet Stephen King ons helemaal
mee te krijgen in de avonturen van scherpschutter Roland en zijn posse
(ka-tet) bestaande uit Jake, Sussanah & Eddie en hun queeste op zoek
naar de Donkere Toren.
Bij aanvang waren we weer wat kritisch, maar
het vakmanschap van King valt niet te ontkennen: vlotte stijl, strakke
spanningsboog en moeiteloos verschillende verhaallijnen door elkaar
weven: daarin herkent men de hand van de meester.
Links en rechts
dachten we: moet het nu zo uitgebreid, maar is dat dan uiteindelijk
niet net het doel van een reeks? Blijven boeien en de lezer zo lang
mogelijk in het opgezette universum laten vertoeven?
't Heeft wat verslavends op de duur. En er resten ons nog maar 2 episodes :)
Door Gert De Bie sinds 6 maanden en 15 dagen
Net als in 'Verbroken beloftes', waarin de twijfels en onzekerheden die het leven van een jonge moeder en echtgenote binnensluipen de toon voeren, is in 'Weersverwachting' de pittige, speelse pen van Jenny Offill een genot om te lezen.
Dat ze met weinig literaire conventies rekening houdt, is enerzijds wat wennen, maar geeft anderzijds veel zuurstof aan de lezer en het verhaal. Net die stijlkeuze én haar gevoel voor humor zorgen ervoor dat Offill heftige thema's en onderwerpen kan aansnijden zonder dat de lezer helemaal uit balans geraakt of het gewicht mee moet dragen.
In een fragmentarische stijl, vol rake zinnen, uitdagende gedachtes en prikkelende uitspraken takkelt Offill in Weersverwachting zowel grote maatschappelijke problemen als de klimaatcrisis en de politieke instabiliteit van Amerika, als de besognes van haar gezins- en familieleven. Dat maakt van Weersverwachting een bijzonder boek, waarbij het zoeken naar houvast voor lezer en hoofdpersonage soms gelijk loopt.
Jenny Offill heeft een aandoenlijke openheid en eerlijkheid heeft geen schroom om zichzelf (haar hoofdpersonage) in vraag te stellen. Ze is even kritisch voor haar omgeving als voor zichzelf en durft een inkijk in haar bestaan te geven die de lezer deugd doet: herkenbaar of begrijpelijk, aannemelijk en voelbaar. Er lijkt iets van thuiskomen in de romans van Offill te zitten en dat zalft een lezer.
Nog meer lekkers over 'Weersverwachting' op de 2 mei editie van Tussen de letters ;)
Door Gert De Bie sinds 7 maanden en 3 dagen
Amusant.
De 'terloops'-reeks van uitgeverij Van Oorschot is mooi uitgegeven en een heerlijk concept: schrijvers schrijven over een wandeling die voor hen van betekenis is en Van Oorschot maakt er kleine, fijne hebbedingetjes van.
Gerbrand Bakker beschrijft zo een route in de buurt van zijn woning in de Eiffel, die hij hoogst persoonlijk opnieuw zal bewegwijzeren. Bakker heeft een vlotte pen, speelt met de lezer en de opdracht en schrijft zo een amusant boekje.
Maar er zit ook wat pedanterie in Gerbrand Bakkers houding en de humor die hij gebruikt, vinden we soms een beetje vilein.
Eenvoudig gesteld: graag gelezen, maar Gerbrand Bakkers werk stijgt niet op mijn te lezen lijst.
Je kan alleen maar onder de indruk zijn van de manier waarop Blake Crouch je in zijn verhaal weet te trekken, van de genadeloze snelheid waarmee hij zijn plot er doorjaagt, van die plot zelf en van de manier waarop hij schaamteloos je hartslag, zenuwen én brein bespeeld.
De rest zijn details.
In boek 1 van de Wayward Pines trilogie ontwaakt agent Ethan Burke volledig gedesoriënteerd en met hoofdpijn aan de oever van de enige rivier die door het afgelegen dorpje Wayward Pines stroomt. Het begint hem te dagen dat hij naar het dorp gestuurd werd om uit te vissen wat er met 2 van zijn collega's gebeurde, die er enige tijd voordien verdwenen. Burke is zelf zwaargewond, uitgeput en kan zichzelf niet identificeren, maar denkt toch vooral dat er met het dorp en zijn bewoners iets mis is.
Met dat uitgangspunt sleurt Blake Crouch je zonder dralen mee in een razend spannende trip vol actie, twijfels, mysterie en beklemming. Opnieuw wist hij me - ondanks de vele plotwendingen onderweg - op het einde flink te verrassen. Opnieuw hield hij me een boek lang aan zijn pen gekluisterd. Dat er dan links en rechts enkele momenten waren die ik een klein beetje bij de haren getrokken vond, of die ik nodeloos heftig ervaarde, vergeef ik hem graag. De kans dat we boek 2 en 3 van deze trilogie ook zullen lezen? 100% me dunkt.
Door Gert De Bie sinds 7 maanden en 7 dagen
Franco Michieli wandelt en trekt graag door de natuur (pittige tochten en lange trajecten) en doet dat regelmatig sinds zijn jeugdjaren. Dat hij in de Alpen woont, zorgt meteen ook voor een dankbare context, plaats genoeg om te oefenen.
Sinds kort volbrengt hij zijn tochten zonder enig hulpmiddel om zich te navigeren, hij neemt zelfs geen kaart mee. De ervaringen die zo'n toch met zich meebrengt, daarover schreef hij het aangename 'Hoe wegen wandelaars vinden - het plezier van verdwalen'.
De twee dingen die Michieli te vertellen heeft, zijn meteen in de titel vervat. 'Het plezier van verdwalen' weet hij raak te treffen en dat herkennen we zelf ook: hoe bereid zijn om van de route af te wijken, of zelfs even verloren te lopen, soms mooie, verrassende en nieuwe dingen met zich meebrengt.
Wat Michieli ook wil vertellen - maar veel moeilijker in woorden te vatten is - is dat hij er van overtuigd is dat 'wegen wandelaars vinden', als die bereid zijn zich aan het landschap over te geven en doordacht hun route bewandelen.
Een boeiende gedachte, waar we ook wel iets voor voelen, en die Michieli 100 bladzijden lang probeert te staven en verwoorden.
Soms scheert hij er rakelings langs, soms gaat hij net uit de bocht, soms geef hij een goeie voorzet, maar helemaal raak is het nooit. Een stuk van het antwoord ligt vervat in geschiedenis, een stukje in ervaring, een stukje in mystiek en een stukje in geloof. We staan er allemaal voor open en zijn er zelfs van overtuigd dat Michieli niet eens ongelijk heeft, maar die overtuiging komt eerder uit een gedeeld geloof dat een gedeelde leeservaring. Prima tussendoortje, dat wel!
Door Gert De Bie sinds 7 maanden en 10 dagen
Meneer Ibrahim en de bloemen van de koran is een puntgaaf pareltje met verrassend veel vaart, prikkelende passages en wijze, goedgeschreven zinnen.
Dat het boekje levenslessen bevat, iets wat zowel de titel als de aanprijzingen niet onder stoelen of banken steken, maakt me als lezer bij voorbaat al nerveus: ik wil die lessen wel, maar gooi ze aub niet te expliciet in mijn gezicht of pretendeer niet dat je de waarheid in pacht hebt; maar daar komt dit boekje prima mee weg. Bovendien is het ook simpelweg heerlijk meeslepende en ontspannende literatuur.
Eric-Emmanuel Schmitt weet met de openingspassage al meteen te verrassen en maakt ook de houding van zijn personages niet te voorspelbaar of te evident. Bovendien zorgt een zich snel ontwikkelende verhaallijn en zijn spaarzame, doordachte omspringen met moraal voor een goed evenwicht. Doe daar nog de literaire kwaliteiten van de auteur bovenop en je hebt een heerlijke novelle waar alles prima in balans zit. Lees en herlees voer. Uw best bestede uurtje van de dag.
Door Gert De Bie sinds 7 maanden en 11 dagen
William Gibson omschrijft Snow Crash als 'Fast-forward free-style mall mythology for the 21st centruy' en die omschrijving blijft zo aan ons brein kleven, dat we ze hier even gewoon mee overnemen.
In Snow Crash volgen we hacker Hiro, pizza-leverancier en de beste zwaardvechter ter wereld, en skatend koerier Y.T.: 15 jaar, grofgebekt en van geen kleintje vervaart. Ze ontmoeten elkaar nadat er in de wetteloze, staatloze toekomst een virus opduikt, Snow Crash genaamd, dat zowel in het Metaverse (de overtreffende stap van het internet) softwarematig slachtoffers maakt als in de echte wereld. Waarom en hoe die twee met elkaar verbonden zijn, is de kern van wat Snow Crash meer maakt dan een vlot geschreven, razendsnelle en met actie volgestouwde scifi-roman.
Neal Stephenson weeft een uitgebreid web vol heerlijk coole personages, grappige scènes en flitsende dialogen waaruit zijn plot langzaam naar voren komt en stopt Snow Crash daarnaast vol met visies over het ontstaan van taal en de maatschappij, de banden tussen religie en taal en de gelijkenissen tussen de echte en de virtuele wereld.
Dat maakt van Snow Crash een vlot lezend, doordacht en toch flitsend boek. Geen ultieme geslaagde missie, daarvoor leken sommige analogieën toch net iets te ver gezocht, maar meer dan voldoende doordacht en uitgewerkt: aan de leeservaring doet dat absoluut niets af. Een avondje discuteren over de ideeën en mythologie die Stephenson achter zijn verhaal steekt, lijkt me garant te staan voor amusement overgoten met een filosofisch sausje!
Door Gert De Bie sinds 7 maanden en 12 dagen
We kennen Ken Liu als vertaler van het magistrale The Three Body Problem, deel één van de indrukwekkende Remembrance of Earth's Past-trilogie van zijn landgenoot Liu Cixin.
Fijn te ontdekken dat de man zelve ook een aardige pen heeft!
In 'The Paper Menagerie' schotelt Ken Liu ons 15 verhalen voor waarvan er maar liefst zeven genomineerd werden voor één of meerdere fantasy of scifi prijzen. Het titelverhaal kon zelfs de eerste plek bij zowel de Hugo-award, de Nebula-award als de World Fantasy Award op zijn conto schrijven. De verwachtingsboog was dan ook bij aanvang al flink gespannen.
De meest opvallende rode draad doorheen het boek is hoe Ken Liu scifi of fantasy elementen gebruikt om zo een perspectief te werpen op de geschiedenis van het Chinese volk, de spanningen met Japan of het ontheemde karakter van Chinezen die naar het buitenland gevlucht zijn.
The Paper Menagerie zelf is een aangrijpend verhaal over een zoon die zijn naar Amerika geëmigreerde Chinese moeder afwijst en pas na haar dood in het reine komt met haar verhaal. The man who ended history is een goed uitgewerkt verhaal van een wetenschapper die zijn kennis gebruikt om stukken verborgen oorlogsgeschiedenis weer naar boven te spitten terwijl A brief History of the Trans-Pasific Tunnel een mooi stukje alternatieve geschiedschrijving is.
Het meest onder de indruk waren we van The Waves, een verfrissende visie op de toekomst én het verleden van de menselijke soort, grappig genoeg een verhaal dat geen enkele prijsnominatie ontving :)
Ken Liu geeft soms na zijn verhalen kort aan de lezer mee op basis van welk idee ze geschreven werden; waarvan ik nog altijd niet weet of ik dat een goed idee vind. Af en toe gaf me dat net de indruk dat wat ik net gelezen had een goed geschreven oefening was, eerder dan een bezield verhaal.
Maar dat mag geen reden zijn om het boek niet op je verlanglijst te zetten: de verhalen gaan van degelijk naar erg goed en uitstekend. Ze halen mss net niet het niveau van die van Ted Chiang, maar ver achterblijven doen ze ook niet. Prima leesvoer en onze kennis van de Chinese geschiedenis en cultuur is er ook met rasse schreden op vooruit gegaan!
Door Gert De Bie sinds 7 maanden en 16 dagen
Van de vormgeving, noch de opmaak moet je het
hebben, want dit is niet meer of minder dan wat het beloofd te zijn: een
encyclopedie van a tot z met alle (natuurlijk niet) relevante
(natuurlijk bediscussieerbaar) jazzmuzikanten, platenlabels of stijlen
uit meer dan 100 jaar jazzgeschiedenis.
Het boek is inmiddels 17
jaar oud en kreeg - zover wij weten - geen update meer sindsdien, maar
dat mag geen beletsel zijn om te grasduinen doorheen duizenden
muzikanten of op te zoeken wat 'bop' is of wat er met 'fusion' bedoeld
wordt. Je leert of 'The Village Vanguard' als club inderdaad zo relevant
is als we denken, waarom Louis Armstrong 'Satchmo' genoemd werd en
welke labels een essentiële rol speelden in de verspreiding van het
genre.
Richard Cook's Jazz Encyclopedia is toegankelijk en
enthousiasmerend geschreven, van enkele lijntje voor een wat minder
invloedrijke muzikant tot meerdere paragrafen voor de meer
toonaangevende. Cook probeert in de korte stukjes te vangen waarom een
muzikant relevant was of wat hij betekende voor de jazzgeschiedenis en
geeft altijd een te beluisteren plaat of een sessie die de muzikant
tekende mee als luistertip, bovenop wat beknopte biografische info.
Richard
Cook's Jazz Encyclopedia is heerlijk grasduinen door jazz en zijn
geschiedenis. Nu het boek uit is, in zoverre dat zo'n uitspraak relevant
is voor een encyclopedisch werk, is het de beurt aan de inmiddels 19
uur durende Spotify-playlist die we al lezende samenstelden.
Oh
ja, dat de Hnita Jazz Club niet in zijn boek staat, vergeven we hem
graag, maar moest er ooit een update komen, kan hij maar beter alert
zijn :)
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 1 dagen
Brian Lake, antiquair boekhandelaar, verzamelt
sinds 1982 bizarre, opvallende of compleet van de pot gerukte boeken.
Bij Harper Collins publiceerde hij nu een selecte uit zijn 'Ridiculous
Books from the Bizarre Library'.
De lezer krijgt een mooi
vormgegeven boekje voor de neus met een 70-tal titels die om diverse
redenen bizar of belachelijk zijn. Veelal draait het om woordspelingen,
dikwijls door veranderd taalgebruik ontstaan. Natuurlijk lachen of
glimlachen we vandaag om titels als 'Invisible Dick', 'Scouts in
Bondage' of 'Play with your own Marbles'.
Of de humor zit in compleet
verouderde visies op maatschappelijke fenomenen of wetenschap. 'The New
Radiation Recipe Book' is een recepten boek over koken met radioactieve
stralen, 'How to abondon Ship' verscheen tijdens de Tweede Wereldoorlog
en 'Atomic Bombing - How to protect yourself' begin jaren '50, met het
advies om je op te rollen in een bol als je weggeslingerd wordt.
Librorum
Ridiculorum is een amusant tussendoortje, plezierig als toiletlectuur,
maar weegt toch een beetje te licht voor wie echt verrast wil worden.
Ook als gaat het allemaal om echt bestaande titels, toch doet de
vormgeving er geen goed aan: de boeken zien er uit alsof ze door een
Photoshop behandeling evengoed verzonnen konden zijn.
Enfin, met
plezier doorbladerd maar geen must have. Al ga ik wel even de
tweedehandsmarkt afspeuren op zoek naar een exemplaar van 'Two Boys in
Beaver-land'.
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 1 dagen
Hoe beoordeel je een boek waarvan je bij voorbaat al een beeld en/of een mening hebt omdat het via je fascinatie voor cult én via de populaire cultuur al helemaal aanwezig is in je mentale periferie? Dikwijls zijn het ook dat soort titels die op mijn 'te lezen' plank blijven liggen, maar omdat we 'Het verhaal van de dienstmaagd' op het programma van 'Tussen de letters' hebben gezet, zijn we het - met slechts milde nieuwsgierigheid - alsnog beginnen lezen.
Het verhaal is genoegzaam gekend: Atwoord laat een dienstmaagd (Vanfred) aan het woord die in de dictatoriale staat Gilead als kostbare potentiële draagmoeder in het huis van een Bevelvoerder en zijn Echtgenote woont. Het enige doel van haar bestaan - zo bepaalde de staat - is zwanger worden en een gezond kind op de wereld zetten. Een wereld die door vervuiling en overconsumptie bijna ten onder ging en voor massale onvruchtbaarheid zorgde. Zo maak je als lezer gaandeweg kennis met de visie van de Gilead cultuur.
Atwood geeft haar personage ruimschoots de tijd het verhaal van haar samenleving te vertellen en laat de lezer in eerste instantie vooral kennismaken met het gevoelsleven van de Dienstmaagd die in een dictatuur leeft en continu worstelt met het verleden, het al dan niet aanvaarden van haar plaats en de eventuele mogelijkheden om aan haar rol te ontsnappen.
Verderop krijg je als lezer ook steeds meer zicht op het hoe en waarom van de levenswijze in Gilead en ontdek je ook hoe zo'n 'ideale' samenleving in stand gehouden wordt en tot stand kwam.
Het lijkt een gematigd enthousiaste recensie, maar vooral omdat het boek al vorm had in mijn hoofd nog voor ik de eerste letter gelezen had en ik geen flauw idee heb of ik het zonder voorkennis (vooroordelen?) beter of minder goed beoordeeld zou hebben. Relevant en doordacht, dat zeker. Goed geschreven ook. Graag gelezen ook. Dat is meer dan voldoende, denk ik dan!
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 1 dagen
In dit grappige en toegankelijke stripboek maak je kennis met Pim: slim, hoogbegaafd en vindingrijk, maar allesbehalve saai. Gefascineerd door wetenschap en techniek beleeft hij avonturen met zijn beste vriend Max, die hij vaak als proefkonijn gebruikt en met Mara, die hij stiekem héél leuk vindt.
Aimée de Jongh schrijft al meer dan 12 jaar strips over Slimme Pim in tienerkrant Kits. Meer dan 50 van die korte stripverhalen werden nu gebundeld in dit boek, aangevuld met weetjes en eenvoudige proefjes. De paginagrote stripverhalen zijn rijk aan taal, de onderwerpen interessant en herkenbaar voor kinderen (vloggen, tablets, concentratie, voetafdruk…). Een ideaal stripboek voor kinderen die minder graag lange verhalen lezen en van toffe tekeningen houden.
Voor leerkrachten zijn veel van de strips bovendien hapklaar materiaal om in de les te gebruiken!
Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 8 dagen
Wat een veelzijdig auteur is Edward van de Vendel toch! Na heerlijke stripgedichten (Opa laat zijn tenen zien), grappige poëziebundels (Wat je moet doen als je over een nijlpaard struikelt), boeken vol rijke taal voor eerste lezers (Heel heel heel vies boek), ontroerende verhalen (De gelukvinder), prachtige prentenboeken (Het hondje dat Nino niet had)... verscheen in 2021 het unieke boek ‘Rekenen voor je leven’.
Wat gebeurt er als een klas saaie sommen mag vervangen door rekenlessen die met hun eigen leven te maken hebben? De leerlingen uit groep zeven van de Rover Hoepsika-school rekenden een jaar lang met vragen die belangrijk zijn voor hun leven. Elke leerling stelde één vraag die de klas gedurende één week onderzocht.
Mano vroeg zich af hoe je alle spelletjes wint waarna de klas leerde over kansberekening, Sven vroeg zich af of plassen onder de douche echt goed is voor het milieu, ... Zo maak je in 22 hoofdstukken kennis met evenveel vindingrijke vragen van leerlingen, waarvan de wiskundige uitleg door Floor de Goede in fijne strips werd gegoten.
Dit boek , dat Van de Vendel samen met Ionica Smeet schreef, werd in 2022 bekroond met de Zilveren Griffel en is anders dan alle andere boeken. De afwisseling tussen de verhalen over de klasgroep en de strips vol informatie en rekenweetjes werkt erg goed. Voor originaliteit verdient dit boek 100%! Het is het perfecte boek voor nieuwsgierige kinderen met een hoofd vol vragen en een hart voor rekenen. De opzet van het boek (een jaar lang geen saaie rekensommen) zal menig schoolgaand kind een tikkeltje jaloers maken.
Op 15 maart 2023 gaf Edward van de Vendel tijdens een studiedag aan de U.A. die ik bijwoonde, een heerlijk betoog over jeugdliteratuur. Gepassioneerd vertelde hij hoe hij 1000 keer iemand anders werd door een boek te lezen. Hij las enkele gedichten voor uit zijn nieuwe bundel ‘Gelukkig en blij’, die in mei 2023 verschijnt. Dat belooft opnieuw een pareltje te worden!
Vanaf 10 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 8 dagen
Wie dacht dat weetboeken saai zijn en dat encyclopedieën vol duffe kennis staan, die heeft nog niet kennisgemaakt met Mathilda Masters! Zij is de koningin van de originele, moderne informatieve boeken voor kinderen en jongeren. In 2017 verscheen Mathilda Masters’ eerste superslimme-dingen-boek: 321 superslimme dingen die je moet weten voor je 13 wordt. Een boek vol kleine stukjes hapklare informatie, zeer vlot en aangenaam geschreven en mooi vormgegeven met vrolijke illustraties van Louize Perdieus. Nadien verschenen nog boeken met weetjes over geschiedenis, wetenschap, liefde en seks, dieren en over het klimaat.
In tijden van overstromingen en natuurrampen ten gevolge van de klimaatveranderingen is dat laatste - een overzichtelijke boek over het klimaat en het milieu - belangrijk en noodzakelijk voor jongeren. In zes hoofdstukken wordt een breed beeld geschetst van de huidige toestand van de aarde. Het boek beperkt zich niet tot klimaatopwarming maar behandelt ook andere thema’s zoals vervuiling, verlies van biodiversiteit en overbevolking.
"Ontdek alles over de wereld waarin we leven en hoe we haar leefbaar kunnen houden.", prijkt op de achterflap. Masters houdt zich aan die belofte: ze legt haar onderwerpen grondig uit, zonder saai of té langdradig te worden en weet het evenwicht tussen de prangende boodschap over de staat van onze planeet en de hoopvolle ondertoon hoe we dat moeten oplossen perfect in balans te houden. De spreuk van Loesje: Van doemdenken naar doendenken, past daar uitstekend bij.
123 superslimme dingen die je moet weten over het klimaat is een boek om in z’n geheel te lezen, om voor te lezen, om in de klas te gebruiken of om te laten rondslingeren op de salontafel, op het toilet, in de kinderkamer… en af en toe ter hand te nemen. Niet enkel voor nieuwsgierige jongeren maar evenzeer aanbevolen voor volwassenen.
Vanaf 10 jaar, informatief.
Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 8 dagen
Het geluk van de wandelaar, met als smakelijke Engelse titel 'The Gentle Art of Tramping', is een bonte verzameling weetjes, een praktische gids, een semi-filosofisch traktaat en een sympathiek tijdsdocument, allemaal bij elkaar gebonden door de enthousiaste pen van Stephen Graham.
Bijna 100 jaar na de oorspronkelijke uitgave uit 1926 kan je als lezer nog steeds mee genieten van het fanatieke wandelen dat Graham met volle overtuiging belijdt: bij voorkeur met alle tijd van de wereld, graag met open blik, zonder al teveel druk op de planning en liefst langs onverharde wegen, door berg, bos en dal en met open hart en ziel voor de medemens.
Dat alles werkt Graham prachtig uit, je steekt als lezer wat op, gaat graag mee in zijn filosofische blik op wat de essentie van een wandelaar is en proeft meteen ook van de tijdsgeest.
Af en toe vonden we Graham uit de bocht gaan als het ging om zijn blik op de medemens: hoewel hij voor die medemens helemaal openstaat en ook de lezer expliciet aanraadt dat te doen, is zijn oordeel over anderen niet altijd even genuanceerd. Dat zou zomaar de tijdsgeest kunnen zijn.
Omdat hij zijn enthousiasme over wandelen niet onder stoelen of banken kan steken, zijn er momenten waarop Graham elk argument uit de verste hoek of kant erbij sleurt om de unieke voordelen van wandelen aan te tonen. Schattig en aandoenlijk, zelden echte storend, maar toch aanwezig.
Uiteindelijk absoluut een heerlijk en smakelijk boekje over buiten zijn, bewegen, mens zijn en ontdekken, vinden terwijl je niet zoekt, openheid en ontvankelijk zijn. Over wanderen.
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 9 dagen
Terwijl ze - op de trein van Amsterdam naar
Berlijn - de Duitse grens naderen, ontmoeten verteller William Bradshaw
en de nerveuze, pruikdragende Arthur Norris elkaar. Het begin van een
vriendschap tussen beide heren en voor de lezer de start van een
zoektocht naar wie die ietwat vreemde Meneer Norris wel is en waarom en
hoe hij zich door het leven beweegt.
Isherwoord neemt ons mee naar
het vooroorlogse Berlijn waar de spanning soms te snijden is: regeringen
wisselen elkaar af, communisten en fascisten strijden (ook fysiek) om
de macht en de bevolking leeft in onzekerheid.
Tijdens de lezing
vonden we Meneer Norris neemt de trein vooral een sympathieke
vertelling: ietwat traag op gang komend, licht mysterieus, maar leuk met
een schattige of soms zelf aandoenlijke protagonist als Norris in de
hoofdrol. Nu we wat meer informatie over het boek verzamelden, weten we
dat Isherwood het verhaal op eigen ervaringen baseerde en wordt de
impact van de achtergrond waartegen het verhaal zich afspeelt groter.
Sommige personages zijn op bestaande figuren gebaseerd en de context van
de politieke veranderingen in Berlijn is confronterend. Dan vinden we
het zelf een gek contrast dat we hierboven woorden als 'schattig' en
'aandoenlijk' gebruiken, maar toch klopt dat helemaal.
Vraag is
dan of die pittige achtergrond het niet helemaal binnen kwam bij ons als
lezer omwille van de stijl, of omdat we niet met de nodige aandacht
lazen. Hoewel zijn boek goed ontvangen werd en goed verkocht, was
Isherwood achteraf ook kritisch voor zichzelf en suggereerde hij dat
zijn hart niet helemaal in het boek lag en dat hij 'wat vals gespeeld
had' met de uitgangspunten van zijn ervaringen. Misschien is dat net wat
we als lezer 85 jaar na publicatie ervaarden.
Dat allemaal
gezegd zijnde, is Meneer Norris neemt de trein een fijn tussendoortje.
Niet noodzakelijk als niet te missen leesvoer, wel prettig en goed
geschreven.
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 17 dagen
Geoffrey Household publiceerde dit klassiek geworden vluchtverhaal in 1939, toen de komst van de Tweede Wereldoorlog onomkeerbaar was. Een Brit wil 'gewoon voor de sport' kijken of hij erin zou slagen een Europese dictator neer te schieten. Hij wordt echter door de lijfwacht gegrepen & gemarteld, maar blijft erbij dat hij nooit van plan was echt te schieten. Ze gooien hem van een klif, maar hij overleefd wonderwel en slaat op de vlucht. Household sleept je mee in een heerlijk uitgewerkt en doordacht kat en muisspel tussen de vluchteling en zijn belagers. Overgoten met een politiek sausje en intelligent en vlot geschreven, is Rogue Male een terechte klassieker en een sterk staaltje ontspanningsliteratuur.
Dat Annet Schaap kan schrijven, wisten we na haar debuut Lampje al, waarin een verfrommeld meisje met blutsen en builen, maar vol levenslust en doorzettingskracht de hoofdrol speelt. Het mag niet verwonderen dat ze in haar volgend boek ook volop de kaart van de meisjes van vlees en bloed, die weten wat ze willen, trekt.
Zeven bekende sprookjes bewerkte ze tot eigentijdse, échte verhalen over meisjes die hun eigen pad gaan en die ervaren dat het leven niet altijd een sprookje is. Het resultaat zijn zeven heel intrigerende verhalen waarin je aspecten van bekende sprookjes herkent maar waarin je je ook verwondert over de verrassende wendingen en nieuwe perspectieven: Meneer Pelsteel, Wolf, Koekjes, Kikker, Blauw, Slaapster en Monstermeisje.
De onderliggende thema s zijn heftig: Schaap schuwt geen bitter- en rauwheid, maar verpakt die wel in schone, poetische taal, vol knipogen en leuke taalvondsten. Het kleine formaat (in Engeland cosy bedside genoemd) past perfect bij het boek dat alles bevat wat een goed jeugdboek moet bevatten: gelaagdheid, humor, spanning, een lach en een traan. Nu al benieuwd naar wat Annet Schaap in de toekomst nog voor ons in petto heeft!
Vanaf 9 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 22 dagen
Mylo doodde per ongeluk zijn beste vriend Mees en moet verder leven zonder zijn beste vriend en met een enorm schuldgevoel.
Een intens uitgangspunt waarmee Kunst je in een explosief verhaal over Mylo meesleept.
Van Dale omschrijft patroon als:
de patroon: huls met buskruitlading en projectiel
het patroon: model, vorm, voorbeeld
Een dubbele betekenis die door Kunst interessant en intelligent uitgewerkt wordt. Bovendien verwijst patroon ook naar het Latijnse patron: vader. Zelfs die gelaagdheid zit kunstig en naadloos verweven in het boek.
In het eerste deel (de patroon) kom je te weten wat er misging met ‘de patroon’ en hoe Mylo per ongeluk zijn beste vriend Mees doodde. Mylo schrijft in opdracht van zijn therapeut in dagboekvorm al zijn gedachten, angsten en twijfels van zich af. Hij graaft in zijn geheugen, stort al zijn overpeinzingen knallend neer op papier en neemt je mee in zijn zoektocht naar een manier om het drama te verwerken en met zijn schuldgevoel om te gaan.
In het tweede deel (het patroon) gaat Mylo op reis met zijn beginnend dementerende opa naar Amerika, waar zijn opa vandaan komt. Ze gaan op zoek naar Mylo’s vader. De reis legt een geheim bloot waarin zijn opa al zijn hele leven gevangen zit en dat zelfs te maken lijkt te hebben met de dood van Mees.
Mylo begrijpt steeds beter welk patroon zijn familie al drie generaties in zijn greep houdt. Als lezer kruip je in dit tweede deel onder de huid van Mylo vandaan, krijgt weer wat ademruimte en begint het ruimere plaatje te zien. Heden en verleden, dichtbij en veraf, jong en oud, oorzaak en gevolg vloeien in elkaar over en de onvergeeflijke gebeurtenis ‘die veertien miljard jaar leek te duren’ wordt zo in een ruimer perspectief geplaatst.
Deel drie kreeg de prachtige titel: ‘Een dag om voorgoed in te blijven wonen’ en zorgt met een alwetende verteller voor een perspectiefwissel. Patronen zijn geen noodlot: het zijn sporen van dingen die voorbij zijn. Als je ze ziet en herkent, kun je je ervan losmaken. Je kan je als lezer ook hoopvol losmaken van Mylo, afscheid van hem nemen, met vertrouwen in de toekomst. Niet voor niets is het laatste woord van het boek ‘leven’.
Patroon leest heel vlot dankzij beeldende en korte, krachtige zinnen doorspekt met stoere puberjongenstaal. Een boek vol zelfspot in korte, behapbare hoofdstukken waarin humor en herkenbaarheid de heftige onderwerpen minder zwaar maken.
Fijn dat er met Patroon ook een young adult-boek bij de genomineerden voor de Boon literatuurprijs 2023 staat. En wat voor één: een ietwat rauw, geladen en beklemmend boek dat je niet snel vergeet!
Vanaf 13 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 22 dagen
Cult-klassieker uit 1915. Richard Hannay ontmoet zijn bovenbuur in het hotel wanneer die een beetje verward bij hem aanklopt met de woorden Kan ik hier even blijven, ik ben namelijk net overleden. Blijkt dat de man een groots complot op het spoor is en poogt zijn belagers te ontvluchten. Als Richard hem daags nadien vermoord aantreft, neemt hij zelf het initiatief om het complot te onthullen en slaat hij op de vlucht. Het begin van een heerlijk spannend achtervolgingsverhaal met een strakke plot. Leest als een trein en werd verfilmd door Alfred Hitchcock. Aanrader.
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 22 dagen
(We lazen een toneelbewerking die niet meer beschikbaar is) De vrouw van het zand is een fascinerende en bevreemdende situatieschets uit 1962 van de Japanse auteur Kobo Abe. Een man die op zoek is naar zeldzame insecten besluit te overnachten in een dorp in de duinen. De inwoners van het dorp moeten dagelijks zand ruimen om te voorkomen dat de duinen hun woonplaats opslokken. De man ziet daar het nut niet van in en raadt zijn gastvrouw aan in opstand te komen. Daarin ziet zij dan weer geen graten, wat leidt tot een existentialistische dialoog over de zin en onzin van lots-aanvaarding. Smakelijke tekst die beklijft en meer vragen oproept dan antwoorden geeft. Zo moet dat met een goed boek, zeker?
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 22 dagen
Dino Buzzati schreef deze klassieker uit de Italiaanse literatuur in 1938 en publiceerde het uiteindelijk in 1945. Buzzati verhaalt ons het wedervaren van luitenant Giovanni Drogo, die zijn eerste militaire standplaats krijgt bij een garnizoen op de grens met de woestijn van de Tartaren. In het fort is de oorlogsdreiging al jarenlang onbestaande, maar toch heerst er onder de gelegerden een vage hoop op een vijandelijk treffen en het daarbij horende heldendom. Luitenant Drogo wil in eerste instantie zo snel mogelijk weer naar huis, maar raakt uiteindelijk toch in de ban van de vesting & de mogelijkheid tot een treffen met de vijand. Zo verzandt hij in de gewoontes en routines van het leven in de vesting en glijden de jaren haast ongemerkt voorbij. De woestijn van de tartaren leest vlot en sleurt je stap voor stap mee in een steeds meer beklemmende sfeer. Het boek wijst op de absurditeit van het leven: we stellen onze hoop op illusies en zijn er vast van overtuigd dat we op een dag zullen ontsnappen aan de sleur en routine. Maar net die verwachtingen houden ons vast en veroorzaken stilstand. Heb je de moed om je leven zelf te bepalen? Leef je of laat je het leven aan je voorbijgaan? Wij waren alvast onder de indruk...
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 22 dagen
De 61-jarige Erna Sassen schreef in 2021 het verbluffende young-adult boek ‘Zonder titel’. In dit rauwe en confronterende meesterwerk maakten we kennis met de 15-jarige Joshua. Zijn ouders zijn gescheiden en hij mist zijn soulmate Zivan, die met haar ouders is teruggekeerd naar haar geboorteland Irak. Dit boek won de Nienke van Hichtumprijs 2021. De jury schreef: ‘Sassen heeft zich ontwikkeld tot een schrijver die de stem van de puber als geen ander weet te vangen.’
Hiermee zijn we het volmondig eens: Sassen slaagt erin om échte jongeren te portretteren, in al hun diversiteit en onstuimigheid. In 2023 verscheen de ijzersterke opvolger ‘Neem nooit een beste vriend’.
Het woord is opnieuw aan de verlegen en kunstzinnige Joshua. Hij is naar vmbo-3 gegaan waar een ruwe sfeer hangt. Hij komt er in aanraking met Sergio en Dylan: brutale en intimiderende hangjongeren. Joshua zoekt zijn weg en wordt verliefd op Lindsey. Intussen glijdt zijn zus Kato steeds verder weg in een eetstoornis.
Met een spel van grote, vette en cursieve letters afgewisseld met schitterende illustraties weet Sassen je helemaal binnen te trekken in het chaotische en onzekere puberbrein van Joshua.
De uitlaatklep van Joshua - tevens de rode draad in het boek - is tekenen en schetsen. Deze afbeeldingen, prachtig getekend en geschilderd door Martijn van der Linden, tillen het boek naar een hoger niveau. De boeiende verwijzingen naar echte kunstwerken (De schreeuw, Meisje met de parel …) geven het boek extra cachet.
Neem nooit een beste vriend is een actueel boek dat naar de keel grijpt: pesten, sekswerk, porno, eerste keer seks, eetstoornis, huiselijk geweld, agressie, lockdown, vooroordelen... Sassen gaat niets uit de weg en schrijft eerlijk en taboeloos, weg van moralisering of verbloeming. Met humor brengt ze wel de nodige luchtigheid in het boek.
‘Zonder titel’ en ‘Neem nooit een beste vriend’ is young-adult literatuur van de bovenste plank: ontwapenend en authentiek!
Beide boeken zijn afzonderlijk te lezen maar het is een aanrader om ze na elkaar te lezen. We hopen dat Sassen nog niet uitverteld is over Joshua!
Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 22 dagen
Als Bart Moeyaert - de meester zelve - een nieuw jeugdboek voorstelt, zijn we benieuwd, heel benieuwd!
Ga voor het raam staan, met je muts op en je jas aan.
Kijk niet naar je voeten en kijk niet om.
Stel geen vragen.
‘Duurt het nog lang?’
Niet doen. Anders mis je het begin.
Zo nodigt Bart Moeyaert de lezer uit om in het verhaal van Morris te stappen, die op zoek gaat naar de ontsnapte hond van zijn oma. Daarvoor moet hij een berg op en dan begint het ook nog te sneeuwen…
Bart Moeyaert gebruikt weinig woorden en vertelt daardoor veel tussen de lijnen; het lappendeken van schone zinnen en de illustraties van Sebastiaan van Doninck werken goed samen spreken tot de verbeelding.
Morris is een perfect voorleesverhaal, voor jong en oud. Het is een boek om traag te lezen en om twee of meer keer te lezen: een troostrijk en betoverend verhaal over een kleine jongen in een koud en bergachtig sneeuwlandschap dat je met een warm en week gevoel achter laat. Morris is groots in zijn eenvoud!
Volgens onze bescheiden mening is dit tijdloze pareltje de grootste kanshebber voor de Boon literatuurprijs die op 30 maart 2023 uitgereikt wordt.
Vanaf 7 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 22 dagen
In de Grote Vriendelijke Podcast (aflevering 41) tipte Linda Dielemans de graphic novel ‘De prins en de naaister’: een kleurrijke striproman over identiteit. Haar enthousiaste betoog maakte me benieuwd. En ja hoor… het loste de verwachtingen meer dan in!
Deze bijzondere graphic novel speelt zich af in Parijs, aan de vooravond van de moderne tijd. Frances is een getalenteerde, ambitieuze maar ondergewaardeerde naaister. Nadat ze op het Lentebal ter ere van de 16de verjaardag van prins Sebastian een gewaagde jurk ontwerpt voor Lady Sophia Rohan krijgt ze een verrassende en geheime opdracht: ze mag jurken ontwerpen voor een mysterieuze nieuwe klant. Het duurt niet lang tot Frances ontdekt wie deze klant is: de prins! Niemand mag weten dat hij ‘s nachts uitgaat, gekleed als vrouw: Lady Crystallia. Frances en prins Sebastian worden vrienden. Je bent als lezer benieuwd hoe het leven van deze twee intrigerende personages zich verder ontwikkelt.
De sprankelende tekeningen in pastelkleuren versterken het verhaal en geven het een wervelend karakter: sommige pagina’s bevatten nauwelijks tekst maar dat is geen gemis. De levendige tekeningen spreken de verbeelding aan en lijken soms uit het boek te zwieren.
Het verhaal ontbreekt een beetje realisme en het einde voelde ietwat klef en voorspelbaar aan, maar echt storen deed dat niet: het past wel bij de sprookjesachtige sfeer en de hoopvolle en relevante moraal.
Een lieflijke graphic novel over genderidentiteit en een ode aan zelfliefde die voor de opgroeiende lezer impact kan hebben: je bent het waard om te zijn wie je bent!
Vanaf 10 jaar.Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 22 dagen
We waren zo onder de indruk van A Memory called Empire dat we besloten onmiddellijk door te lezen in A Desolation called Peace, deel 2 van de Teixcalaan-duologie.
De plot en de verhaallijn laten we even voor wat ze is: ze bouwt naadloos verder op het slot van het eerste deel en brengt onze belangrijkste protagonisten (Mahit Dzmare & Three Seagrass) weer bij elkaar, ditmaal op een andere diplomatieke missie, die - als het maar even kan - nog meer onder tijds- en omgevingsdruk staat dan de eerste die ze samen volbrachten.
Opnieuw weet Martine Arkady een straf boek af te leveren, waarin taal, onderhandelingsposities en diplomatie een essentiële rol spelen.
In dit tweede deel werkt ze een aantal interessante zijsprongen waar ze in deel 1 al op alludeerde verder uit en speelt ze nog intenser met vraagtekens bij idee wat een individu is, waar dat ophoudt en hoe je de kennis van voorgangers meedraagt of kan meedragen.
Iets minder enthousiasme dan bij deel 1 omdat de verrassing er wat af was en de plot toch iets minder indruk maakte, maar als je over deel 1 enthousiast bent, is er geen enkele reden om deel 2 ook niet te lezen. Innemend boek, benieuwd wat Arkady nog uit haar pen zal schudden.
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 22 dagen
A Memory called Empire is één van de strafste en meest originele debuten die we al lazen.
Martine Arkady laat haar lezers meereizen in de voetsporen van Mahit Dzmare die, als jonge diplomate van het verafgelegen Lsel ruimtestation, naar het hart van het Teixcalaanli-keizerrijk reist om als ambassadeur te voorkomen dat haar ruimtestation opgeslokt wordt door het keizerrijk, dat na eeuwenlange expansie een groot deel van de melkweg omvat.
Wat misschien een behoorlijk droog uitgangspunt lijkt, levert allesbehalve een droge roman op. Arkady weet van meet af aan spanning op te bouwen en sleurt de lezer in een genadeloos tempo mee in het wedervaren van Mahit en haar door het keizerrijk toegewezen assistente Three Seagrass.
A Memory called Empire is een boek over diplomatie, over aftasten wat er gezegd wordt en wat de achterliggende bedoeling zou zijn. Dat het voor Mahit allemaal gebeurt in een taal die ze wel beheerst, maar waar ze niet in opgroeide, voegt een extra laag potentieel aan elke uitspraak of woordenwisseling toe. Dat het keizerrijk het citeren van poëzie prefereert als het ultieme communicatiemiddel, doet daar nog eens een schep bovenop.
Arkady speelt daar meesterlijk mee, waardoor je ook als lezer continu op twee benen hinkt, niet weet waar je sympathie zou moeten liggen en nog minder hoe de balans tussen de verschillende karakters zal doorslaan. Voeg daar een dosis actie, een vleug moord en doodslag en een hoofdpersonage met een gerede dosis zelftwijfel en links en rechts een existentiële crisis aan toe en je hebt een straffe roman die uitmunt in een zinderend plot.
Terecht bekroont met een Hugo-award, denken we dan.
Door Gert De Bie sinds 8 maanden en 22 dagen
Jaap Robben stelde ‘Heel de wereld wordt wakker’ samen met hulp van Bart Moeyaert en Bette Westera: een bundel met de 333 mooiste Nederlandse en Vlaamse kindergedichten van de voorbije 33 jaren.
De samenstellers gingen op zoek naar gedichten met gelaagdheid,
gedichten die iets vertellen wat nog nergens eerder geschreven stond,
vernieuwende en originele gedichten.
Sebastiaan Van Doninck zorgde voor een prachtige, sfeervolle illustratie bij bijna elk gedicht, die het mooi vormgegeven boek (inclusief oranje leeslintje!) tot een vloeiend geheel smeden.
Het is sterk opgebouwd in vier delen die met de lezer meegroeien, niet alleen in leeftijd, maar bovenal in leeservaring. Het eerste deel is het meest toegankelijk, met gedichten van o.a. Riet Wille en Hans en Monique Hagen. De verhaallijnen worden doorheen de verdere delen complexer en rijker, met gedichten van o.a. Edward van de Vendel en Joke van Leeuwen. In het laatste deel komen o.a. Toon Tellegen en Erik van Os aan bod.
‘Heel de wereld wordt wakker’ is een poëzieschat waar jong en oud van kunnen genieten. Joke Van Leeuwen omschreef jeugdpoëzie als literatuur zonder bovenleeftijd. De gedichten in deze bundel bevatten een schoonheid die je als jonge of als ervaren lezer kan blijven waarderen. Lees ze, laat je verrassen, kijk eens met andere ogen en ervaar de verwondering van de wereld rondom je die wakker wordt!
Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 27 dagen
Edward van de Vendel en Anoush Elman schreven in 2008 het indrukwekkende boek De gelukvinder: het levensverhaal van Anoush die met zijn gezin vluchtte van Afghanistan naar Nederland. De twee bleven contact houden en toen er een schattig, wit dwergkonijntje, Misjka, in het gezin van Anoush kwam, bleek er nog een verhaal dat verteld moest worden.
Roya, de zus van Anoush en de andere gezinsleden zijn gek op het konijntje. Roya vertelt Misjka alles wat ze nog weet over de vlucht uit haar land. Maar op een dag is Misjka verdwenen…
In zijn gedichtenbundel ‘Superguppie is alles’ (2014) schreef Edward van de Vendel het gedicht ‘aaien’ over een konijntje:
‘Aaien maakt alle angsten stuk’
schreef hij als laatste zin van het gedicht.
Het is alsof hij toen al wist dat deze zin perfect zou aansluiten bij een warm verhaal over troost en verwerking dat nog geschreven moest worden.
De schrijvers slagen erin heftige onderwerpen (oorlog, vluchten, racisme) in een ontroerend en aaibaar verhaal te gieten. In warme, poëtische taal wordt het verdrietige verhaal van het gezin verteld. De prachtige illustraties van Annet Schaap versterken de vertedering. Roya, haar broers en Misjka veroveren je hart.
Misja werd - zeer verdiend- genomineerd voor de Boon literatuurprijs 2023.
Vanaf 8 jaar.
Door Liesbeth Devriendt sinds 8 maanden en 27 dagen
Winter 1975-1976. Broeder Medard werkt als boekhouder (broeder Econoom is zijn bijnaam) in een psychiatrische instelling in Vlaanderen, waar hij zo min mogelijk met de patiënten of andere calamiteiten wil lastig gevallen worden. Hij vertelt zijn besognes en wedervaren aan zijn moeder, die op haar sterfbed ligt en niet meer reageert.
In die context schetst Erik Vlaminck een confronterend en ontluisterend beeld van het reilen en zeilen in de psychiatrie in Vlaanderen in de jaren '70. Een pijnlijk verhaal over onkunde, onwil en slecht beleid.
In het heerlijke en bedrieglijk eenvoudige taalgebruik dat Erik Vlaminck eigen is, schrijft hij over incompetentie, bezorgde familieleden en de kleine kantjes van de mens.
Dat Erik Vlaminck in de jaren '70 zelf als opvoeder in een psychiatrische instelling gewerkt heeft, voel je tussen alle regels: Iconen heeft een urgentie in zich die van de bladzijden spat. Het is een boek waarvan je als lezer voelt 'dit moest uit de auteur zijn pen', wat het op alle fronten een extra impuls geeft.
Iconen is bij het allerbeste uit Vlamincks oeuvre en het zou ons verbazen mochten er dit jaar betere boeken in het Nederlandstalig literair landschap op de markt verschijnen. Ja, we mijden de superlatieven niet - en dat is gevaarlijk - maar we zijn zodanig onder de indruk, dat we daar nu even niet over gaan struikelen.
Vlot en doordacht opgebouwd met sterke personages, urgent en niets ontziend, maar toch doorspekt met humor en schitterend taalgebruik: hoed af voor Erik Vlaminck.
Door Gert De Bie sinds 9 maanden en 3 dagen
Wat schreef Waguih Ghali met 'Bier in de snookerclub' een amusant en relevant boek! Vlot geschreven, speels en pittig, prikkelend en doordacht, snel en confronterend: Bier in de snookerclub is het allemaal.
Ram is een belezen en gedreven jonge Egyptenaar die ontgoocheld is in de revolutie en de politiek. Hij weet met zijn eigen idealen geen blijf en voelt zich -mede dankzij zijn Engelse opvoeding en zijn studententijd in Londen - in eigen land niet helemaal thuis. Ondanks zijn financiële noden weigert hij werk te zoeken en brengt hij zijn dagen door in de snookerclub of op café waar hij zonder de minste wroeging op kosten van zijn rijke vrienden drinkt. Intussen worstelt hij met de liefde en met de wensen van zijn familie.
Als lezer voel je snel sympathie voor Ram, die - ondanks zijn soms heftige oordelen over zijn vrienden en omgeving- ook de zelfkritiek niet spaart en oprecht op zoek gaat naar wat hij met al zijn kennis moet ondernemen.
"Hoe meer we lazen, hoe meer we wilden leren en hoe onwetender we ons voelden."
"Ik bedoel dat mijn kennis van de geschiedenis en de politiek en de literatuur gekanaliseerd moest worden, ergens toe moest leiden, omdat ik anders gek werd."
Ram en zijn vriend Font zijn geen klaplopers, maar zoekende zielen die in hun omgeving zien hoe alle maatschappelijk relevante functies naar mensen met geld en connecties gaan, eerder dan naar gedreven, beleerde en gemotiveerde mensen.
Een prikkelende zoektocht naar relevantie, een speelse visie op politiek engagement, een amusant verslag van al-dan-niet volwassen worden, een kritische blik op revolutionaire beloftes en politieke corruptie en een treffend portret van ontheemd zijn en je weg zoeken in een samenleving die niet als de jouwe voelt. Geen wonder dat het boek in Egypte een cultstatus heeft en ook elders telkens opnieuw een nieuwe generatie lezers aanspreekt. Heerlijk!
"Ik wilde leven. Ik las en las en Edna praatte en ik wilde leven. Ik wilde affaires hebben met gravinnen en verliefd worden op het meisje achter de bar en gigolo zijn en politiek leider en winnen in Monte Carlo en armoedzaaier zijn in Londen en kunstenaar en elegant en ook in vodden lopen."
"O, gezegende onwetendheid. Wat was het toch heerlijk om met mijn moeder naar de katholieke kerk te gaan, toen ik nog nooit van Salazar had gehoord of van troepen die werden gezegend voor ze naar Ethiopië gingen."
Een avondje op staminee met Ram en ik denk dat we beste maatjes worden. Of we de wereld veranderd krijgen, is een goeie vraag, maar aan onze oprechtheid zal het niet gelegen hebben.
Door Gert De Bie sinds 9 maanden en 13 dagen
Nadat ze op de Orkney-eilanden vrede vond met haar nuchtere zelf (zie Liptrot's debuutroman De Uitweer) trekt Amy Liptrot naar Berlijn om een verloren stuk van zichzelf én de liefde te zoeken.
Opnieuw schrijft ze daarover een helder en vlot boek over zoeken in en naar jezelf, verbinding vinden met de natuur (ook in de grootstad) en gebruikt ze metaforen uit haar natuurbeleving om haar woelige en onrustige binnenkant vorm te geven en te duiden.
In Berlijn zijn haar natuurlijke ankerpunten havikken en wasberen, dieren die je uitsluitend in het wild verwacht, maar zich in deze grootstad prima weten te redden. Ook in Berlijn voel je dat Liptrot haar eilandbestaan niet zomaar los kan laten: ze blijft zoeken naar open water om in te zwemmen en ontwikkeld een nieuwe fascinatie, ditmaal voor verkeerseilanden.
Liptrot schrijft met een open blik en heldere pen en geeft de lezer zo toegang tot haar diepste (universele) zielsroerselen: onzekerheid, hunkering naar liefde, eenzaamheid en conflicterende realiteit van internet en sociale media versus de buitenwereld en de natuur. Haar overpeinzingen staan met beide voeten in dit tijdsgewricht, zijn goed uitgewerkt en relevant.
Haar omgang met de liefde krijgt wel iets aandoenlijks en de gedichtjes die er uit voortvloeien vonden we niet echte een meerwaarde. Maar ach, dat vergeven we haar graag omdat de rest van het boek wel absoluut lezenswaardig is.
Door Gert De Bie sinds 9 maanden en 15 dagen
Als we het over Peter F. Hamilton hebben, vallen we telkens opnieuw in herhaling, dus laat het ons kort houden. Ook in de verhalenbundel 'A second Chance at Eden' toont Hamilton zijn creatief meesterschap en hanteert hij zijn vlotte, compulsief leesbare stijl.
De bundel bevat zeven verhalen, variërend van een kortverhaal van 30blz tot een novelle 200 blz, die allen een uitstekend niveau halen, erg onderhouden en meeslepend zijn en - aangezien we nu zo goed als alle sci-fi van 's meesters hand gelezen hebben - ons doen snakken naar nieuw werk.
Alleen het voorlaatste verhaal 'The Lives and Loves of Tiarella Roas' smaakte een beetje wrang. Maar misschien was dat exact de bedoeling.
Door Gert De Bie sinds 9 maanden en 20 dagen
Dit boek ter hand nemen is uw best besteedde uur van de week.
Barbara Stok vertelt in aangename stijl, met frisse, heldere tekeningen het verhaal van Hipparchia van Maroneia, de eerste vrouwelijke filosoof, een unicum in het Griekenland van 340 voor Christus.
Hipparchia stamt uit een adellijke familie maar leest liever filosofische traktaten dan te weven en stelt zich vragen bij heel wat maatschappelijke toestanden (niet in het minst de minderwaardige positie van de vrouw) en wereldse gewoontes.
Wanneer ze via haar broer Metrocles, die filosofie studeert, in contact komt met de cynische filosoof Krates van Thebe raakt ze helemaal geïnspireerd.
Barbara Stok neem haar tijd om het verhaal van Hipparchia te vertellen en verantwoord achteraan in haar boek hoeveel aandacht ze ook aan de historische correctheid van haar tekeningen en de juiste levenscontext van de Grieken besteed heeft. In 7 hoofdstukken maak je als lezer kennis met de geschiedenis van Hipparchia, mooi gekoppeld aan een aantal kerngedachtes uit de cynische filosofie. Dat die stoïcijnse visie op het leven ook vandaag nog relevant is, dat Barbara Stok ze mooi koppelt aan de ontluiking van Hipparchia als filosoof én dat de kerngedachtes van die filosofie helder en verstaanbaar worden weergegeven, maken van 'De Filosoof, de Hond en de Bruiloft' een relevant en toegankelijk pareltje voor jong en oud.
Door Gert De Bie sinds 9 maanden en 24 dagen